"IK HEB
MIJN KINDEREN VERLOREN AAN DE DOOD,
MAAR GOD IS ALMACHTIG, ALS JE HEM AANKLAAGT
REKEN MAAR DAT JE DE RECHTSZAAK TEGEN 'HEM/HAAR/HET' VERLIEST!
HIJ RUKT BERGEN OMVER, SCHUDT DE AARDE DOOR ELKAAR EN DOOFT DE ZON ALS HIJ DAAR ZIN IN HEEFT?
ALS HIJ JOU IETS AFPAKT WIE DURFT DAN TE ZEGGEN: WAT DOE JIJ DAAR?
OOK AL STA IK IN MIJN RECHT,
IK KAN ME NIET VERDEDIGEN, IK KAN MIJN RECHTERS SLECHTS SMEKEN OM GENADE! HET VERPLETTERT ME,
HET BLIJFT ME VERWONDEN EN IK WEET NIET WAAROM! IK BEN ONSCHULDIG MAAR HIJ VINDT DAT IK SCHULDIG BEN?
HIJ ZIET GEEN VERSCHIL MEER TUSSEN DE ONSCHULDIGE EN DE SLECHTERIK, HET MAAKT ZE ALLEBEI KAPOT!
HIJ IS GEEN MENS ZOALS IK, DAAROM ZOU IK NIETS TEGEN HAAR KUNNEN BEGINNEN ALS WE SAMEN VOOR DE RECHTERS STONDEN? TEGEN GOD ZEG IK: MAAK ME NIET AL TE SCHULDIG MEDE AAN IETS WAT IK NIET ZELF GEDAAN HEB!
HEEFT HET ZÌN DAT JÍJ ONRECHT DOET EN JOUW EIGEN SCHEPSELS IN HET ONGELUK STORT?
HEB JIJ OOK AL VAAK NET ZULKE GEBREKKIGE OGEN ALS DE MENS, ZIE JIJ DE DINGEN ZOALS WIJ ZE ZIEN
EN IS JOUW ZIEL OOK AL NET ZO BENAUWD ALS DE ONZE, ZIT JIJ
OOK DAAROM VAAK ZO KNIEPERIG TE SPEUREN
NAAR DE ENE OF ANDERE ZONDE VAN MIJ
TERWIJL IK WÉÉT DAT IK
ONSCHULDIG BÈN?"