31554gk5244 Lééf ik òp als ik hoor dat iemand twee
Q
[]KINDEREN HEEFT VERLOREN, TERWIJL IK ER MAAR ÉÉN KWIJT BEN? Als dàt zo is, walg ik van mezelf! Ik wil geen plezier aan andermans pijn beleven. Wat is het verschil met de wreedaard die geniet wanneer hij een weerloze martelt? Soms vrees ik ook dat mijn verhaal over Job zo geliefd is bij de mensen omdat ze sidderen van vreugde wanneer Job zijn zweren krabt met een potscherf? Leer het ze àf, CHULDA! Is dat niet jouw taak als proféét? Leer de mensen genieten van andermans succes ook wanneer zijzelf minder succesvol zijn! Terwijl ik dit Verhaal schreef voelde ik dat ik tekort schoot? Ik voelde dat ik misverstanden wekte en daardoor ging ik te lang dóór? Het werd een welles-nietes gevecht tùssen Job en z'n Vrinden dat niet leidde tot begrip bíj die 'vrienden', terwijl de Lezer allang wist dat Job gelijk had! Ik hàd kunnen stoppen bij "EEN MENS KAN NIET GOED ZIJN, NIEMAND IS ONSCHULDIG." En dàt doe ik nu. Hier breek ik af. Dat wil zeggen: hier breek ik mijn éigen Verhaal àf! Maar let òp, wàt gebeurde er? Jaren later, toen mijn boek alweer vele honderden malen óvergeschréven wàs, kreeg ik een exemplaar in handen waaraan een ontstellende hoeveelheid vrome prietpraat tóegevoegd was door een schrijver die niets BEGRÉPEN had vàn míjn bedoeling en die een G d ten tonele voerde die het blijkbaar doodgewoon vond om 'n weddenschap àf te sluiten met SÁTÀN?! DÉZE God màg nl. àlles!? De poging van aartsvader Avraham om onze G d te binden aan het rècht, werd àfgedaan als een hoogmoedige dwaasheid! Ik schrok, want 't verzèt van Job tegen de G d v/d wìllekeur werd in dit geschrift genadeloos afgestraft! 't Voelde aan alsof ik pijnlijk gegeseld werd met uitgerekend 't type vermeende populistische volksvroomheid dat ik in míjn bóekrol had proberen te bestrijden: Gòd hééft áltíjd wéér als énige gelíjk, ook wanneer hij aantoonbaar ongelijk heeft! Vlg. de Schrijver die míjn Verhaal vervàlste hàd Job nòg un vriend, die tot nu toe zíjn ozo vrome mond gehouden had, maar die het woord nam nadat de drie vrienden van Job teleurgesteld àfgedropen waren omdat ze hèm níet van zijn Schùld hadden weten te overtuigen? En zíjn naam was ELIHU & hóór wat DÉZE vierde vriend zegt: "'IK STA IN MIJN RECHT,' ZEGT JOB, 'MAAR GOD WEIGERT MIJ RECHT TE DOEN!' HEB JE HET OOIT ZO ZOUT GEGETEN? WAAR VIND JE NOG ZO'N MAN ALS JÒB DIE ZIJN WOEDE OPLOST MET LASTER? HIJ IS 'N WÁRE KWAADAARDIGE BOEF, EEN ECHTE MISDADIGER! HIJ ZEGT: 'De mens heeft niks aan vriendschap met God!' ZÓU JE HEM NIET? 'T LOT V/H HETE HÀNGIJZER HÀNGT ZÓ ALS 'N ZWAARD VAN DAMOCLES BOVEN HET HOOFD VAN ACHILLES: altijd is er de dreiging & zwakte! Geen wonder dat ook de slimme superieure sjemiet besneden wìl worden & zó ook permanent 'Gods WÌL', insjallah, allahuakbar gebruikt als Über-talisman & Toffe tovenarij? Met zó'n allesbeheersend 'supergodsbeeld' bij de hand kan men werkelijk àlle kanten op die men maar wil naar 't schijnt!
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende