32699AGozngg Hèt Lìcht Van De Éérste DÀG revisited
Q&@
ER WORDT OP DE DOOR ONS GEBEZIGDE OUDE JOODSE MANIER VAN ZEGGEN, DAT HET INNERLIJKE LICHT DÉ OUDSTE 'herinnering' weerspiegelt, zowel van de wereld als van ieder mens! Tóen 'G d' o/d 'eerste scheppingsdàg zeí: "ER ZIJ LICHT", wàs dàt lìcht, zó werd ons gezègd, voor G ds schepsels té schìtterend òm het te kunnen VERDRÁGEN? Dáárméé kòn iemand "van het ene naar het andere einde van de wereld" zien! Zó'n lìcht dàt 'àlle geheime plekken van het bestaan ònthùllen zou' kòn òns niet de mogelijkheid geven om zó te leven als we nú dóen? Voor òns SCHÈPSELS, zowel mens als dier, is 't levensnoodzakelijk om ons te kunnen verbergen.
Alleen 'in de toekomende wereld' (haOlamhaBa) zal dàt verbèrgen níet meer nódig zijn! Het licht van de eerste dag zal dàn op zó'n manier voortgebracht worden dat íederéén het zíet? Onderweg náár díe Tóekomst doen wij weer een beroep op ons oude LÌCHT! Maar
wáár ìs dat "OR HA-GANOEZ", 'verborgen licht' in onze dagen? Is er een manier waarop wij het kunnen vinden zonder helemaal 't éinde àf te wachten? Er wordt gezegd dat het licht verborgen is in de TORAH, in de zíel van de mens ÈN in de vonken van dat licht die de hele wéreld vùllen en bezíelen! Wíj zijn verzámelaars vàn dàt licht! 't Is onze òpdracht òm die vonken bijeen te brengen en te laten zien dàt DÉZE wéreld een PLÈK van LÌCHT ìs. Alleen is 't ons nog niet vergund om hen snel bijeen te brengen? Híer zijn we dus alweer opnieuw geconfronteerd met 'n pijnlijke paradox in onze menselijke situatie! Het licht is verbòrgen òpdàt wíj zouden kùnnen bestáán: 't 'licht van de eerste dag' is als dé heilige làmp die òns hèlder zou WÌLLEN tónen dàt àlles één ìs, dàt àlléén maar díe Éne bestaat, dàt héél ònze wèrkelijkheid één gehéél ìs! Maar zó'n vísie is aan ons stervelingen slechts op zeer zeldzame momenten geschonken - en dàt terècht!
Hoe zouden wij, als we ons daarvan BEWÙST waren, voortgaan met al die andere kleine taken die in ons leven òp òns àfkomen & die ons onze belangrijke ròl doen vervùllen om nieuwe generaties voort te brengen, te onderhouden ÈN òp te voeden? Als de mensheid is geróepen om te bestaan ÈN mènselijk te blíjven, dan móet dàt licht verborgen blijven! Maar diezelfde mensheid heeft 'n beetje licht wèl héél èrg nódig! We roepen luid om leiding, òm énig gevóel dat wij in de goede richting gaan! Menselijk leven is onmogelijk zonder hoop en hoop heeft dat beetje zichtbaar geworden licht nódig. Hoe intens doen wij 'n beróep op dat licht om ons tot gids te zijn, ons te leiden in ons eigen zóeken naar de waarheid díe het ìn zich draagt?
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende