Q
EN MOESTEN IN HET OPENBAAR HET GEZELSCHAP VAN MANNEN (VER)MIJDEN!
De joodse bronnen uit die tijd staan VÒL vijandigheid tegenover de vrouw, die volgens Yosephus
in elk opzicht de mindere is van de man?! Zó krijgt men ook de ráád òm níet tevéél te spréken met
zijn eigen vrouw, en dus al zéker niet met àndere vrouwen!? Vróuwen lééfden zóvéél mógelijk terug-
getrokken úit en vaak totaal búiten het publieke leven, hadden in de Tempel slechts toegang tot de voor-
hof der vrouwen, & wáren met betrekking tot de gebedsplicht gelijk aan slaven! Wàt hier verder ook echt
histórisch wáár màg zíjn v/d biografische details, de euangelies vertonen in elk geval geen remmingen om
te spreken over de betrekkingen van Yesj met vrouwen? Volgens de vier gebruikelijke euangelies had Yèsj
niet de gewoonte om vróuwen úit te sluiten! Yesj vertoont tegenover vrouwen niet alleen géén minachting,
maar óók 'n opvàllende ònbevangenheid? Vrouwen begeleiden hem en zijn leerlingen van Galilea tot en met
Yeroesjalayiem? Persoonlijke genegenheid voor vrouwen was hèm níet vreemd! Vróuwen zien tóe bij zijn sterven
& begrafenis! De juridisch & menselijke zwakke positie v/d vrouw in de toenmalige maatschappij wordt door zíjn
verbòd op èchtscheiding dóór de MÀN (die als énige een scheidbrief kòn afgeven!) aanzienlijk verbeterd? Óók de
kìnderen hadden tóen nog géén rèchten: Yesj trekt hèn vóór, verdédigt hen TÉGEN zijn leerlingen, hij liefkoost &
zégent hen! Heel ònjóóds werden zíj a/d volwàssenen ten voorbeeld gesteld, omdat zíj nog zònder berekening en
bíjgedachten bereid zijn een geschenk aan te nemen? Kortom, Yesj had óók van dóen mèt het geheel ònwétende
gewóne vòlk: de talrijke 'kleine lieden', die zich i/h geheel níet drùk kònden maken òm de wet of dàt niet wìlden!
Díe 'eenvoudigen van geest' worden geprézen: de òngeschoolden, verstandelijk beperkten, de òn-vromen die i/h
geheel & totaal níet behóren tot 'de wijzen & verstandigen', de 'kleinen' & 'geringen', ja zèlfs de '(àller)kleinsten'
& 'geringsten'! Aldus: geen aristocratische moraal van 'edelen', die Confucius ten voorbeeld stelt aan 't gewone
volk! Óók géén elitaire monnikenmoraal voor 'dé verstàndigen', die in aanmerking komen voor een monastieke
Gemeenschap i/d zin van Boeddha! ÈN al helemaal geen moraal voor de hogere kasten alleen in hindoeïstische
zin, die bij alle overige discriminatie dùldt dat de maatschappij paria's kent? Kijk nog maar eens goed naar de
landen in heel Afrika, Azië & Amerika tussen de Middellandse Zee, de Grote & de Atlantische Oceaan, Sahara
& Arabia, India, China & Mexico enzo! Marokko, Algerije, Tunesië, Libië, AeGYPTe, Oost-Europa, Klein-Azië
met Turkije, Syrië, Levanon, Jordanië, Saoudia, YEMEN, Golfstaten, Iran, Afghanistan, Pakistan, Kashmir,
Bangla Desh, Birma, Thailand, Laos, Cambodja, Vietnam, Indonesia, Papoea Nieuw Guinea, Colombia,
Venezuela, Suriname & ga zó maar steeds verder door in tijd & ruimte met 'onze ex-kolonies', jihads
& kruistochten, heilige stenen, oppermachtige potentaten, mensen van divers geslacht
met sluiers & lange jurken, dolken, zwaarden, kolossale arena's, abc-
wapenvoorraden, Poetins, Trumps, Kims & àndere
Pingpings, ninja's, Yakuza, maffia,
motorbendes, drugsimperia &
MUCHOMACHOSHIT.