Q
€$#/YÈSJ een realiseerbaarheid,, waar ideeën in vergelijking
vaak onbereikbare idealen, morgen vaak niet te realiseren wetten, en principes & systemen vaak
wereldvreemde utopieën blijven. Ideeën, principes, normen & systemen zíjn zèlf géén werkelijkheid,
terwijl ze er juist zijn òm díe te reguleren en te ordenen?! Zij bieden geen verwerkelijking, ze streven
ernaar!? Op zichzèlf hebben zíj geen realiteit i/d wereld; zíj zijn aangewezen op iemand die ze realiseert!
'n Historische persoon is echter onloochenbaar reëel, ook al kan hij op verschillendevmanieren worden
geïnterpreteerd! Dàt YÈSJ heeft bestaan, dat hij een heel bepaalde boodschap verkondigd heeft, 'n heel
bepaald gedrag heeft vertoond & bepaalde idealen verwezenlijkt heeft, 'n heel bepaald Lòt heeft ondergaan
& doorstaan, kan niet worden ontkend. Het gaat bij zíjn persoon & Zíjn Wèg niet om 'n vage mogelijkheid,
maar om historische realiteit. En in tegenstelling tot 'n idee of 'n nòrm kan de ene persoon niet zonder
meer worden 'achterhaald' door 'n andere: hij is onvervangbaar ééns & voorgoed zichzelf? Met 't oog op de
historische persoon van YÈSJ màg de mens weten dat het mogelijk is zijn weg te gaan èn die vòl te blijven
houden! Er wordt dus niet eenvoudig 'n imperatief òpgelègd: je móet díe wèg gáán & jezelf rechtvaardigen,
bevríjden! Er gaat 'n indicatief vóóròp: híj ìs die weg gegáán & jíj bent - met 't oog op hèm -
gerechtvaardigd, bevríjd! 'n Principe kan niet bemoedigen, alleen 'n LÉVENDE figuur kan dat op al-
òmvàttende wijze. Híj kan getuigen v/d mogelijkheid tot verwerkelijking! Híj kan op díe manier òpwèkken
tòt návòlging; door vertrouwen te wekken dàt wíj óók díe wèg kùnnen gaan & dàt gevóel versterken; door
twijfel aan 't eigen vermogen om goed te handelen te verdrijven? Dáárméé is wel degelijk 'n nieuwe nòrm
gesteld: niet slechts in uiterlijke zin als 'n tijdeloos verhaal, 'n algemene gedragsnorm, maar 'n reële
Wèrkelijkheid, 'n vervùlde Belòfte, die slechts in vertrouwen hoeft te worden aanvaard! Nòrmen neigen naar
't minimum, YÈSJ neigt naar 't maximum - maar tòch zó dàt díe wèg te (be)gáán ìs èn mènselijk háálbaar
blijft! Zó blijkt YESJ zèlf ìn ÀLLES wàt híj ìs & betékent, voor de mènsch niet alleen 'het lìcht' & 'het woord'
te zíjn, maar óók 'dé Wèg, dé WÁÁRHEID èn hèt léven'. Staat er ook al niet aan 'het begin'
dat G d de mens 'schiep naar zijn èvenbeeld'? Het gaat dus om 'de inhoud':
wat zich afspeelt tussen ontstaan èn vergaan,
onze 'voorouder', váder, MÓEDER, broer,
zus, kind, familie, NÁÁSTE,
ons voelen, denken,
doen &
laten.