37118163 ‘Is dit de goede weg, vriend?’

‘Het dorp... die kant op, denk ik.’ ‘Is dat een herberg? ‘n Karavanserai?’ ‘Nee, de woning van El’azer & zijn zuster Marta. Welgesteld, maar vervloekt door Adonai. ‘n Schandvlek in de familie, zegt men! Krankzinnigheid in ‘t bloed. Geen huwelijken. Geen kinderen. Op ‘n dag zullen vreemden hun bezit erven, zegt men. Dan zullen de kamelen van de karavaan in hun tuin uitrusten & uit hun bron drinken!?’ ‘Er houdt altijd iemand de wacht. El’azar heeft veel personeel. Bedienden. Ze zullen nu wel bezig zijn met broodbakken?!’ ‘Je hebt gelijk. Ik ruik het!’ Onwillekeurig snoof Aveel en rook ‘t meteen. INDERDAAD! BROOD! Het warme, gistige aroma dreef door de morgenlucht. Wat rook dat lekker! Wat ‘n ware kwelling! Vreselijk! Aveel kreunde van verlangen naar dat warme, ovenverse brood! Moeizaam bevrijdde hij zich uit de mantel van de DÓPER, die strak om zijn lijf zat en zijn armen tegen zijn zij gedrukt hield. Hij zat vastgebonden als een schaap dat geschoren moest worden. Hoe harder hij zijn best deed, des te strakker die Màntel zich òm hem héén klemde. Toen hij rechtop ging staan, verloor hij zijn evenwicht! Met ‘n kreet van schrik duikelde hij van de tak & rolde omlaag....... De Mantel bleef achter ‘n andere tak hangen en ontrolde zich als ‘n klosje garen, zodat Aveel uit de greep van de lap stof raakte. ’t Laatste stuk viel hij ongehinderd omlaag. ‘t Geluid v/d scheurende stof overstemde zijn gesmoorde kreet, toen hij met ‘n klap op de grond terechtkwam. De Mantel v/d Doper viel op z’n hoofd, terwijl hij moeizaam naar lucht hapte.... Vlak boven zijn hoofd hing een reep van de eens zo volmaakte mantel v/d G dsman. Aveel kreunde & steunde. Had hij zich bezeerd? Zo te voelen had alleen zijn trots een deuk opgelopen! Maar de Mantel v/d Doper! Hij keek met gefronste wenkbrauwen naar ‘t Stuk Stof boven z’n hoofd en voelde aan de gerafelde scheur. Zijn Éigen Schùld! De kohaniem van Yeroesjalayiem leerden immers dat de armen moesten delen wat ze hadden? DÀT wàs dé éérste lès die de Musschen i/d Steengroeve leerden?! Als bedelaar moet je nooit krenterig zijn, ook al hàd je nòg zó’n hònger! Alleen de Rijken mochten zonder schuldgevoel van hùn rijkdom blijven genieten. Wees dankbaar voor wat je hebt, en déél àlles met je hongerige lotgenoten. Voor ‘t éérst hàd Aveel íets van wáárde gekrégen: deze màntel v/d Dode Profeet, Yochanan de Doper. In één stuk èn zònder enig mankement! Schitterend èn Schóón! Maar hij was niet bereid geweest om zíjn eigen wàrmte met z’n Emet te délen: uit angst voor vlooien?! En nu werd zijn egoïsme bestraft!? De profeet had hèm ‘n standje gegeven. Hem zó uit z’n bóóm gesméten, met z’n hoofd recht in ‘n berg rottend fruit! Aveel begroef z’n gezicht i/d zachte stof & begon te huilen...
25 jan 2020 - bewerkt op 29 jan 2020 - meld ongepast verhaal
Weet je zeker dat je dit verhaal wilt rapporteren? Ja | Nee
Profielfoto van Asih
Asih, man, 79 jaar
   
Log in om een reactie te plaatsen.   vorige volgende