37120166 ‘n Dùbbele Póórt van ruim dríeënhalve~~~~
SCHREDE HOOG MARKEERDE DE INGANG VOOR KAMELEN EN HOOG OPGELADEN WAGENS. DAARNAAST BEVOND ZICH ‘n Poort voor Voetgangers. Béide waren dicht & vanbinnen afgesloten! Aan de buitenkant zat geen deurklink. Bovenop de Toegangspoorten bevond zich ‘t Huisje v/d Poortwachter! ‘t Licht van ‘n Lantaarn scheen door ‘n spleet in ‘t Vensterluik~~ Aveel wist dat zich achter die Poorten ‘n Wéreld van Fonteinen, Muziek & Lekker Éten bevond. DÀT wàs ‘n Wéélde die nog maar alléén weggelegd was voor ‘t Plezier v/d Rijken, hùn Gasten & Bedíenden?! Buiten de Poorten stonden de tijdelijke, bouwvallige onderkomens v/d bedelaars, tegen de Muur geplakt als zeepokken op ‘n scheepsromp. De hutjes, ‘n stuk of 6 waren het er, leken in elkaar geflanst met afgebroken takken & repen stof. Búiten één van de hutten gloeiden de sintels in het Vúúr nog na. Aveel vermoedde dat de bewoners v/d hutjes sliepen. Hij zag geen téken van léven, en dat vond híj dus ook helemaal niet erg?! Landgoed-bezitters duldden ‘t over ‘t algemeen dat ‘n beperkt aantal ouderen, zieken, weduwen, wezen & kreupelen, invaliden & gehandicapten e.d. búiten hùn Poorten bivakkeerden. De àrmen móesten ‘t ‘r wel hebben van alles wat de Rijken weggooiden! Net als de parasieten, hing ook hùn léven àf vàn hùn Gastheer?! Bovendien suste dit obsessief úiterlijk vertóón vàn liefdadigheid ‘t verondersteld godsdienstige ‘geweten’ vàn Dé RÍJKE!? De bedelaars die nog wèl sterk genoeg waren òm te wèrken, werden soms ingehuurd om er in de Ooogsttijd òp Het VÈLD te wèrken & die hele Gemeenschap van Armen stelde zich over ‘t algemeen heel beschermend op ten opzichte van elkaar & hun grondgebied!!! MÈT Stòkken & Sténen èn verbaal gewèld jóegen zíj íederéén wèg die ònrein was, wèg van De PÓÓRT van Hùn BÁÁS! Het aantal mistroostige hutjes gaf al aan dat Meester EL’AZAR van Beth Anië níet vóóráán stond in liefdadigheid! Zès? ‘t Wàs opmerkelijk dat zó’n Gróót HÚYS níet méér bedelaars trok? Was ‘t zó dat de armen hùn grondgebied met geweld konden gaan blíjven beschermen tégen àlle ÀNDERE ìndringers? Hàd El’azar ‘n grondige hekel aan bedelaars, behàlve déze Zès, & stuurde hij ànderen doodgewoon weer wèg? Aveel had de Reizigers horen zeggen dat hier krankzinnigheid heerste in Zíjn Familie! Terwijl hij door de wijngaard naar Het HÚYS liep, speelde hij met de muntjes. Hij was nu van plan te bedelen om wat brood & ‘t voor níets te krijgen, maar dat wàs níet èrg waarschíjnlijk? Híj wàs per slot van rekening ‘n buitenstaander...
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende