38075341Achter hèn, goed te zien vanaf de heuvel,~
STAK YEHOSJOEA ‘n gerstebrood omhoog.
Hij verhief zíjn stem èn sprak de B’RACHA uit: 'Gezegend
ben jij, 'Adonai', koning van het Heelal, die ons brood geeft uit de aarde!'
Aan de lusteloze blik van de toeschouwers kon Aveel zien dat ze alleen maar
beleefd waren? Natuurlijk was het gepast om 'de Almachtige G d van hemel &
aarde te bedanken'! Zo hoorde dat nu eenmaal? Maar dat was alleen maar de
buitenkant. Diep van binnen besefte 't hongerig publiek dat 't onbeduidend stuk
gerstebrood in Yesjoea's handen drie rijen verder niet eens meer te zíen was.....
Was Yesjoe van plan om dit brood voor hun ogen op te eten? Zou hij z'n vrienden
te eten geven, terwijl de rest toekeek? Overal hoorde Aveel magen knorren, alsof
de hele menigte één reusachtig groot hongerig beest was! De eetlust van die hele
menigte samen was reden genoeg òm zo snel mogelijk òp te breken. Aveel had het
eten van zijn vrienden dus voor niets afgestaan! Waar moesten ze naartoe? Hoe in
léven blíjven? Waaròm? Hij greep Ha-Or Tov & Emet bij de hand en wilde weggaan.
Maar op dat moment werd hen de doorgang belet door 'n kluwen opgeheven handen.
De menschen wézen, zwaaiden & hieven hun handen op naar de hemel. 'n Bewonderend
gefluister, dat al snel aanzwol, golfde door de menigte. Toen Aveel zich omdraaide, gooide
iemand een half gerstebrood in zijn handen. Het brood was nog warm! Waar kwam 't vandaan?
Dìt was in elk geval níet die oudbakken korst die hij zojuist had afgestaan aan Judas de messentrekker.
Dit was vèrs ÈN 't róók naar pasgebakken góedheid! Verwonderd snoof Ha-Or Tov de geur op. 'Ik ruik brood...' Aveel deelde het brood met Ha-Or Tov & Emet. Op 't moment dat hij 'n hap van het verse brood nam, werd hem een gerookte vis in handen geduwd. Geen droge, stoffige overblijfselen van de vangst van verleden jaar, zoals de vissen die Aveel had weggeven, maar royale, voedzame porties. YÈSJ' handen rustten geen moment. Hij bleef maar breken en uitdelen, zodat iedereen iets te eten kreeg:
overvloedig en verzadigend voedsel, en nog was de voorraad niet uitgeput. Warme verse gerste-
broden! Heerlijke vis! Yesj had de almachtige bedankt voor 't brood & de vis, & 25000 mensen
genoten nu allemaal van het resultaat van die zegen? En het schamele beetje voedsel dat
Yesj gezegend had, was afkomstig uit de rugzak van Aveel, Emet & Ha-Or Tov. 't Voedsel
van YEHOSJOEA's feestmaal bleef zich maar vermenigvuldigen! Hoeveel mensen er ook
waren, er was meer dan genoeg?! Als Yesjoea duizenden Menschen te éten kon geven,
dan kon híj er óók zéker voor zorgen dat Ha-Or Tov weer kon zien! Dan kon hij er vast
voor zorgen dat Emet weer kon horen en praten! Het móest gewoon! ’T KÒN TOCH NIET ZO ZÍJN DÀT ZE DÀT HELE EIND GELOPEN HADDEN ÈN ZOVEEL HADDEN DOORSTAAN ÒM NU ÓVER ‘T HOOFD GEZIEN TE WORDEN. AVEEL MOEST ZO DICHTBIJ ZIEN TE KOMEN DÀT YESJOEA HÈM KÒN ZIEN ÈN HOREN. Hoe konden ze bij Yesj kómen zònder dat
Yehoedah hèn tegenhield? ‘Rabbi!’ riep Avel. “ALSJEBLIEFT! WIJ...
WIJ ZIJN HET! EMET KAN U NIET ROEPEN! Hoort u mij? HA-OR TOV
KAN ALLEEN DE WÈG NIET VINDEN, DUS IK HEB
HÈN MEEGENOMEN! HÈLP
ONS! HÍER!
Yesjoea!”
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende