38220ESBY91 Marcus. Weg. Zelfs 'n paar dagen was ~
TE LANG
VOOR MIRYAM OM
ALLEEN IN HAAR BED
DROOMLOOS TE KUNNEN SLAPEN ~~
En als ze haar ogen sloot, zag ze Mama slapen.
Glimlachen in haar slaap. Volmaakte, witte tanden in een brede grijns.
Een spottende blik naar het meisje dat in de deuropening stond en haar moeder
vol afgrijzen aanstaarde. 'Mama!' De vergeelde lijkwade stijf van de specerijen.
Bezaaid met gedroogde bloemen. De slanke handen duidelijk zichtbaar in 't schemerig
licht van de graftombe. 'MAMA! Het spijt me! Geef me de stenen! Stop ze niet in je zakken!'
Geen antwoord. Blinde ogen, niets ziend, die door 't wegrottende kleed heenstaarden. De dood
had nu al geen geheimen meer voor het jonge meisje. Was er wel een engel die haar hoorde,
als ze in snikken uitbarstte? En als Mama's engel kwam om haar troosten? haar tegen zich aan te drukken? Zou Miryam dan niet door het vuur van zijn schoonheid verteerd worden?
'Mama! Je was zo mooi! En nú...' Wat ééns zó MÓÓI was, was
nu zó afzichtelijk; voer voor nachtmerries.
Het kind stond bij het dode
lichaam van haar moeder
& overspoelde het
met vragen.
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende