38986 Y355 En Choesas, die bereid was om ~~~~~~~~~
MÍJLEN
TE REIZEN...
MIJLEN BIJ ZIJN
ZIEKE ZOON VANDAAN, IN
PLAATS VAN NAAST HEM TE BLIJVEN ZITTEN
EN ÈLK MOMENT, ÍEDER KOSTBAAR MOMENT DAT HIJ NOG LEEFDE
TE KOESTEREN. HIJ LIEP HET RISICO OM HEM BIJ THUISKOMST LEVENLOOS AAN TE TREFFEN, MAAR DÀT RISICO WÀS HIJ BEREID TE NÉMEN! ‘n Stèllig gelóóf dus dat ríep òm dáden, temidden vàn àlle twíjfel! Búiten, èrgens i/d búúrt v/h centrum van Kfar Nachoem, ríep ‘n stem: ‘De ràbbi kòmt eráán!’ Màrc ging met ‘n schòk rèchtòp zitten. ‘n Enorm gevoel van opwinding overviel hem & vervùlde hem, zoals de warmte van ‘n háárdvuur ‘n kámer vùlt & Zó àlle KÓU... ÀLLE HOPELOOSHEID verdrijft?! Hij rènde ‘t huis úit & tuurde i/d vèrte. Zo’n 100 schreden verderop
zàg hij nu menigte náderen!
Geen 50 mensen, geen 100, maar wel 1000!
‘n Bewégende màssa, stùkken bréder dàn de Wèg, stróómde op hèm àf?! Marcus herkende de gezichten v/d tollenaar, Mattitiyahoe Levi, van Filippus,
van Avram èn v/d Oudsten van de Synagoge. Aan 't Hoofd v/d Stoet liep Yesjayahoe,
die de afstand met doelbewuste stappen aflegde......
De mensen in Marcus’ huis klopten hem opgetogen op zijn rug.
Barrevoets rende Marc naar Yesjoea toe.
Tien schreden bij de rabbi vandaan
hield hij zich ìn, bleef staan & begroette hem.
Hij boog eerbiedig zijn hoofd, zoals hij ook gedaan zou hebben
voor ‘n vermaard generaal
a/h Hoofd van ‘n Legioen!
‘Héér?’
Hij zòcht naar woorden. Wàt moest hij zeggen?
Mòcht hij hem wel om 'n Gùnst vrágen?
De warme, bruine ogen van Yesjoe hielden zijn blik vàst
& spoorden hem áán om zonder vrees z’n verzóek úit te spreken...
De rabbi glimlachte, alsof ze samen een gehéim déélden?!
Marcus sloeg zijn vuist tegen z’n borst,
zoals ‘n soldaat die zijn meerdere om ‘n gùnst vroeg.
‘Héér, ‘t gáát... òm m’n bediende. Hij ligt thuis... verlamd!
Hij is nog jong... hij... heeft... vreselijke dingen... meegemaakt!’
Yesj kwam dichterbij...
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende