39079dc109de rest v/h Verháál had i/d vergetelheid
KUNNEN GERAKEN,
ALS
‘t “lot”
niet iets anders
in petto had gehad?! ‘t Dòrp
lag al achter hem toen Yesj opschrok
van ‘n warme windvlaag! ‘t Was alsof de volle middagzon
opééns wéér tevoorschijn kwam i/d Schemering? Hij zag iets verderop
‘n kleine groep mensen drùk gebáren......
Mannen schreeuwden,
zwaaiden met hun armen en renden langs hem héén!
Tussen Yesj en de ondergaande zòn stond een alleenstaand huis.
‘t Glansde & trilde in de lucht & ineens besefte hij waarom! Het huis stond in brand,
maar de vlammen waren onzichtbaar door ‘t Lìcht v/d Zòn! Er renden meer mannen voorbij
met emmers water. Vrouwen huilden. Er was geen bron i/d omgeving. ‘t Huis was TÉ vèr van
de stad gebouwd. Iemand schreeuwde ‘n náám & daarna nòg ‘n naam. Ze probeerden het gezìn
in ‘t huis te vinden, maar binnen was ‘t stìl. Dáár was enkel hitte & rook? Men vreesde het ergste!
De rennende mannen struikelden over Yesjoe & vervloekten hem. Hij zat gehurkt midden op de weg, gefixeerd door ‘t Vúúr. In gedachten kwamen beelden op v/h huis in Natseret dat de Roméinen in brand gestoken hadden & waarbij familieleden van Yitschak omgekomen waten. De droom van Querulus wàs wèrkelijkheid aan ‘t worden? Maar hij werd niet verlamd door deze gedachte. Yesj hoorde hoe ‘t Gezin dat in huis vastzat, ‘m ríep! ‘t Léék alsof hij dóór de beroete lemen muren héén kon kijken. Hij zag
een Moeder met twee jonge Dochters. Ze zaten bij elkaar in ‘n Hóek, TÉ vèr v/h Ráám om het
erop te wagen... Ze werden afgesloten door het vuur dat via de Muren omhoog kroop naar ‘t
brandbare houten plafond! Yesj hoorde hen wéér róepen, maar niet om hun vader - dat
moest de man zijn die zich in de vuurzee probeerde te wagen maar door drie sterke
vrienden tegengehouden werd? De vader probeerde zich los te worstelen,
een gekwèld silhouet in de zon
en de vuurzee! ”YESJOE! YESJOE!”
De gevangen vrouwen riepen zíjn naam!
Hij knielde en luisterde.
Hij zou doodsbang moeten zijn, maar hij voelde geen angst.
Yesj wìst dat dé plaats die Híj móest vìnden, de énige plaats
die níet besmèt wàs,
vóór hèm làg?!
‘t Wàs ‘t Vúúr.
Dus hij stond òp èn
líep Rècht òp het Vúúr àf?
‘STOP DÍE MAN!
BEN JE GÈK
GEWORDEN?’
⛑
ALS
‘t “lot”
niet iets anders
in petto had gehad?! ‘t Dòrp
lag al achter hem toen Yesj opschrok
van ‘n warme windvlaag! ‘t Was alsof de volle middagzon
opééns wéér tevoorschijn kwam i/d Schemering? Hij zag iets verderop
‘n kleine groep mensen drùk gebáren......
Mannen schreeuwden,
zwaaiden met hun armen en renden langs hem héén!
Tussen Yesj en de ondergaande zòn stond een alleenstaand huis.
‘t Glansde & trilde in de lucht & ineens besefte hij waarom! Het huis stond in brand,
maar de vlammen waren onzichtbaar door ‘t Lìcht v/d Zòn! Er renden meer mannen voorbij
met emmers water. Vrouwen huilden. Er was geen bron i/d omgeving. ‘t Huis was TÉ vèr van
de stad gebouwd. Iemand schreeuwde ‘n náám & daarna nòg ‘n naam. Ze probeerden het gezìn
in ‘t huis te vinden, maar binnen was ‘t stìl. Dáár was enkel hitte & rook? Men vreesde het ergste!
De rennende mannen struikelden over Yesjoe & vervloekten hem. Hij zat gehurkt midden op de weg, gefixeerd door ‘t Vúúr. In gedachten kwamen beelden op v/h huis in Natseret dat de Roméinen in brand gestoken hadden & waarbij familieleden van Yitschak omgekomen waten. De droom van Querulus wàs wèrkelijkheid aan ‘t worden? Maar hij werd niet verlamd door deze gedachte. Yesj hoorde hoe ‘t Gezin dat in huis vastzat, ‘m ríep! ‘t Léék alsof hij dóór de beroete lemen muren héén kon kijken. Hij zag
een Moeder met twee jonge Dochters. Ze zaten bij elkaar in ‘n Hóek, TÉ vèr v/h Ráám om het
erop te wagen... Ze werden afgesloten door het vuur dat via de Muren omhoog kroop naar ‘t
brandbare houten plafond! Yesj hoorde hen wéér róepen, maar niet om hun vader - dat
moest de man zijn die zich in de vuurzee probeerde te wagen maar door drie sterke
vrienden tegengehouden werd? De vader probeerde zich los te worstelen,
een gekwèld silhouet in de zon
en de vuurzee! ”YESJOE! YESJOE!”
De gevangen vrouwen riepen zíjn naam!
Hij knielde en luisterde.
Hij zou doodsbang moeten zijn, maar hij voelde geen angst.
Yesj wìst dat dé plaats die Híj móest vìnden, de énige plaats
die níet besmèt wàs,
vóór hèm làg?!
‘t Wàs ‘t Vúúr.
Dus hij stond òp èn
líep Rècht òp het Vúúr àf?
‘STOP DÍE MAN!
BEN JE GÈK
GEWORDEN?’
⛑
27 aug 2020 - bewerkt op 31 aug 2020
- meld ongepast verhaal
Log in om een reactie te plaatsen.
- O 03 apr 2023 44209 Tegenzet van Apion was geweest de verkeerde,
- O 02 apr 2023 44208 Veel van deze verwerpelijke absurditeiten...
- O 02 apr 2023 44207 Tweeduizend jaar is haast niks: wat zijn nu
- O 02 apr 2023 44206 Als hij geconfronteerd wordt met de angst
- O 02 apr 2023 44205 Again Today Seems Like Yesterday Tomorrow
- O 02 apr 2023 44204 De plaats van handeling verhuist van Yeroe-
- O 01 apr 2023 44203 Áán ‘t slot v/d passage heeft hij ‘t over de
- O 01 apr 2023 44202 VI De terugkeer van Joseef ben Matitjahoe
- O 01 apr 2023 44201 Tegelijk ligt a/d andere kant v/d westelijke
- O 01 apr 2023 44200 Mensen die bijna doodgehongerd zijn, smeken
- O 01 apr 2023 44199 Ik geloof dat Josephus, de grondlegger van ( 1 )
- O 31 mrt 2023 44198 Toen, nu, straks, gister, vandaag, morgen...
- O 31 mrt 2023 44197 Volgens de Talmoed-overlevering was Hillel's
- O 31 mrt 2023 44196’Struikrovers’ of ‘bandieten’ zijn lange tijd
- O 31 mrt 2023 44195 Josephus’ Persoonlijke Nemesis In Galilea Ís