DIE GELOOFDEN
DAT DE MENSCHEN HÙN LÒT ÌN ÉIGEN HÀNDEN HÀDDEN,
en zijn ´essenen´, die meenden dat de Àlmàchtige àlles àl hàd vóórbestèmd
{´predestinatie´}, nemen zíjn farizeeën ´n middenpositie in: zij erkennen zówèl
´de vrije wìl´ àls ´G ds
àlmacht´?!Josephus Flav.
beschouwde dat standpunt,
dat wel als ´synergisme' aangeduid wordt,
als vergelijkbaar met dat v/d Griekse
stoïcijnen!?
Het is echter
vooral een hèrformulering v/d Verbondstheologie:
enerzijds beweegt de geschiedenis zich van, voor, door ´de wìl van G d´
v/d Schepping naar de Eindtijd, waarin het zgn. ´Uitverkoren Vòlk´ óók zijn èrfdeel
zàl blijven krijgen, anderzijds hebben de Joden de vrije keuze òm òp G ds gùnst te reageren
dóór zich te hóuden áán dé Wèt. Twee andere beweringen
van FJ zijn dat die farizeeën sóber lééfden
èn dàt ze gróte invloed hàdden
òp de ´gewone
menschen´
...
´t Éérste
kan best wáár zijn,
maar je denkt nu niet mètéén
aan ´n sóbere levenswijze als je in ´t EU van Yoch leest
dat farizeeën bedienden uitsturen om zaken te regelen? Èlders worden ze zèlfs
óók àl betìcht van grove gèldzùcht! Weliswaar wordt die beschuldiging geuit in ´n polemische context, maar wil zo´n aantijging echt overtúigend ógen, dan moet ´t ´n vóóróórdeel geweest zijn
dàt in bréde krìng geloofwaardig
bevonden werd...
FlaJo´s
andere opmerking,
dat de farizeeën populair waren
bij de gewone mensen, lijkt niet echt onjuist
maar is selectief, omdat vaststaat dat leden van die beweging
zó óók al wel de hóógste posities kunnen bekleden: we lezen over farizeeën
die spreken mèt de hógepríester, we treffen farizeeën áán als medeléden vàn hogere ráádscolleges
èn we lezen hoe ze het Sanhedrin
sámenroepen!
Er is zelfs
een hogepriester van wie aannemelijk is
dat ook hij tot díe beweging behoorde: Gamaliëls zoon Yehosjoea van 63 tot 64?!
Dit alles wil niet zeggen dat de farizeeën niet populair waren bij ´gewone mensen´,
maar dat ze óók tévens heel goed lágen bíj àndere
bevolkingsgroepen!
Al met al
is het duidelijk dàt FJ
góed op de hoogte was vàn wàt de farizeeën dachten
èn deden, maar dat hij daaraan wèl ´n éigen draai geeft door ze
te presenteren als stoïcijnen {t.d.v. ¨Grieken
& Romeinen¨}?!
Want daarmee
maakt hij dus ook het farizeïsme
tot ´n soort van Griekse filosofie, terwijl de léden
vàn déze bewéging toch éigenlijk vooral aan ´t proberen waren om júist
hun eigen Joodse ideeën beter te kunnen bewaren ìn ´n tijdsgewricht waarin
deze Griekse cultuur alomtegenwoordig was. De rabbijnse literatuur is niet voor niets geschreven
in het ozo ´oeroude´ Hebreeuws! Opvallend is bovendien dat Josephus nèrgens ááńgééft
dat ´t farizese ´rèchtváárdig léven´ betekende dat èlke Jóód al die priesterlijke
reinheidsregels návòlgen zóu: ´Een koninkrijk van priesters zul je zijn,´
zo staat in Exodus, ´een heilig vòlk!´ Deze verbreding
v/d reinheid was rond het midden v/d tweede eeuw
v.Chr./BC ´n lógisch
programma.
In de ogen
van menige Jood
hadden deze hogepriesters
als Jason, Menelaos & Alkimos
dé régels v/h Verbònd met vóeten getreden!
´t Wàs dùs wèl véél béter àls hèt Vòlk de verplichtingen óvernàm, te beginnen met de rituele reinheid? De euangelist Marcos vertelt dat farizeeën pas áten nádàt zíj hùn hànden gewàssen hàdden
èn dat ze zèlfs ook ´n bàd gaan nemen als ze teruggekomen waren van de markt!
Ook het schoonspoelen van vaatwerk wordt herhaaldelijk vermeld
door Mataï & Lucky Luke, terwijl ´t Misjnahtraktaat Mikwaoth
geheel gewijd is aan waterrituelen! Réinheid vormt echter
slechts één kànt v/h farizese programma: i/d 3 eeuwen
ná Enige werken der Wèt groeide de ambitie
òm vàn èlk àspèct v/h dagelijks leven
duidelijker áán te blijven géven
hóe ´n góede Jóód kòn
hàndelen, wat rond
200 n.Chr./AD
culmineerde
i/d optekening v/d Misjnah.....
Sòmmige voorschriften daarin zij duidelijk
hypothetisch, zoals die over de offercultus: dé Tèmpel wàs,
toen de Misjnah samengesteld wèrd, ìmmers rúim één ééuw geleden verwóest?!
De optekening van de farizese & rabbijnse wijsheid ìs dan ook géén hàndboek maar heeft ´n ànder dóel: de lézer móet zèlf ontdèkken dàt hèt héil/de héling/genézing áánwézig kàn zijn, en ìs,
ìn zèlfs de àllerkléinste záken!?! En de samensteller, Yehudah ha-Nasi,
weigert onderscheid te maken tùssen het heilige èn het profane
èn kíest ervoor te blijven benádrùkken dàt
dé SCHÈPPING góed ìs èn ´n Jóód
daarom dan ook altíjd hèt góede
kàn {blijven}
dóen.
Vandaar
ook hoogstwaarschijnlijk
de heidense afgunst vanwege ´joodse pretenties´
èn het gezonder blijven van ´joden´ tijdens ´heidense´ epidemies,
rampen, vergiftigde bronnen
& verre handel?!
De mensheid
bestaat a.h.w. uit zeer
diverse ´zoogdiersoorten´ mèt
zeer tegenstrijdige ´habits´,
´huwelijken´, ´hoofddeksels´,
´helingsmethoden´,
handelstrajecten, huis- & tuingewoonten,
handenwassen èn dèrgelijke:
Jehoedah leefde een eeuw ná Josephus,
die geboren werd toen Yehosjoea allang {?}
opgehangen was aan ´n
gebruikelijk Romeins strafkruis
voor ´rebellen´, ´opstandelingen´,
´gevluchte slaven´,
´gewelddadige dieven en
moordenaars´! Evolutie is
en blijft
´n kwestie van langzamer
en/of sneller beter
leren leven èn
sámen délen
......