IN ´T MARCOS-EUANGELIE
{12:35} LEZEN WE DAT YÈSJ,
TOEN HIJ ER NOG LÈS GAF OP
HET TEMPELPLEIN ZO´N TWEE MILLENNIA GELEDEN,
ZIJN TOESCHOUWERS OOK AL PRIKKELDE MET DE VRAAG OF ZE WEL WISTEN WAAROM DE SCHRIFTGELEERDEN ALTIJD BEWEERDEN
DAT DÉ ¨GEZALFDE GEZEGENDE¨ ´N ZOON VAN
´DAWIEDEWIED´ MOEST
ZIJN!?
Ook
de euangelist Yochanan {7:41},
de ¨geliefde van Yehosjoea¨, presenteert ergens mensen
die de eigenschappen bespreken van dé mesjiach. Zulke passages wekken de indruk dat deze òpkomst van de ´genezer, bevrijder, verlosser, begeleider´ èn de sneller naderende ¨EINDTIJD¨
al in veel breder kringen bestudeerd &
bediscussieerd
werden?
´t Ìs echter
maar de vraag òf dàt wáár ìs!
Van onze hier al eerder besproken teksten erkenden de sadduceeën
alleen het Numeri-vers over de scepter en we wéten niet òf ze er ´n speciaal belang
aan hechtten! Op basis van wat we nu weten - altijd een uiterst belangrijk vóórbehoud -
zouden we verbaasd zijn als we vernamen van ´sadduceese
messianologieën´?
Vermoedelijk
droomden níet àlle joden
van ´n Eíndtijd waarin ´n ´messias´ Israël zou herstellen!
Ook Flavius Josephus besteedt maar weinig woorden aan al die ´eschatologische speculaties´.
Met zíjn theorie dat alleen de aanhangers v/d vierde filosofie verantwoordelijk waren voor de ondergang van de Tempel, had híj er te veel belang bij te verzwijgen dàt er inderdaad heel wat méér Joden wáren die hóópten op ´n zoon van Dawiedewiedewied die
met gepast gewèld wèl zou optreden tégen lastige
´anderdenkenden´...
Àlléén
van Yesj van Natseret
vertelt hij in twee nog binnenkort te bespreken passages,
dat deze die Gezàlfde {in het Grieks CHRISTOS} genóemd werd èn dat zíjn léérlingen
nog altijd ´christenen´
heten...
Wàt díe
zàlving precies inhield
& wàt een ´messias´ was, legt deze Joodse historicus niet uit.
Deze terughóudendheid is frustrerend: we zouden bijvoorbeeld wel graag wéten òf die Athronges, de schaapherder die zich na de dood van Herodes úitriep tot koning, zichzelf ook
heeft gezien àls ´de messias
van David´!
De mesjiach
ontbreekt ook
i/d Misjnah. Dat kàn betekenen dat althans sommige farizeeën
al die typische ideeën niet ècht zó belangrijk vonden? Maar ´t is ook denkbaar dat die speculaties weggeredigeerd zijn? De samensteller, Yehoedah ha-Nasi, hàd immers rédenen òm de messias níet te nóemen: hij zal hebben willen vermijden dat de Romeinse autoriteiten mogelijke verdenkingen opperden en zal wellicht ook niet gewild hebben dàt mensen ontdekten
dat ´t rabbijns Jodendom zó´n erfenis déélden met
´t Christendom!!
Yosephus
en Yehoedah
kunnen overigens verder
best ook wel te goeder trouw hebben gedàcht
dàt messiaanse en eschatologische ideeën éigenlijk irrelevant wáren voor wat zij zagen
als deze Joodse godsdienst. We weten domweg niet hoe belangrijk
de speculaties féitelijk waren, al staat vast dat ze aanwézig wàren
òp divèrse momenten, bij diverse groepen
en op diverse
plaatsen.
Dat
bewijst dat ze zo
niet bepaald volkomen marginaal waren! Omgekeerd weten we wel voldoende
om te kunnen zeggen dat dus lang niet íederéén er évenvéél wáárde aan hèchtte? ´t Latere, Christelijke bééld v/h Jodendom àls ´een religie in àfwàchting´ is precies dàt:
een Christelijk
Bééld!
´t Is ook
zeker dat de Joden
níet echt verdééld raakten
door al die min of meer behandelde speculaties v/d laatste tijd?
Er is i/d eschatologische teksten al met al nauwelijks polemiek tégen àndere òpvattingen, wat des
te opvallender is omdat i/d halachische discussies de gemoederen hóóg kònden òplopen:
de auteur van Enige werken der Wet meende dat wie het water
op de verkeerde manier ´óvergóót´, behoorde tot het
´Belialsoverleg´?
Óók
allerlei andere
scheldpartijen &
overdrijvingen logen er bepááld níet om!
De conclusie is dat àls we wìllen wéten waaròm hèt Christendom
een zelfstandige stroming gewòrden is - éérst ìn Galilea en Judea, later daarbuiten -
we dus niet in de allereerste plaats moeten kijken naar de claim dat Yesj ´de messias was´,
maar juist vooral naar diens visie
òp dé halacha!