42876/52 Met veel oog voor Perzische gevoeligheden
QQQ
SPRAK JEDANJA GLOEDVOL OVER DE OUDERDOM VAN DE TEMPEL, GEBOUWD IN DE DAGEN VAN DE EGYPTISCHE KONINGEN EN GEËERBIEDIGD DOOR KONING 👑 CAMBYSES TOEN HIJ HET LAND VEROVERDE!
Hij herinnerde
de Perzische gouverneur eraan dat hij al ‘n brief naar Yeroesjalayiem had gestuurd, gericht aan heer Bagavahaya, aan de hogepriester Jochanan en aan de ‘edelen van Juda’ in de stad, maar dat ze zich niet verwaardigd hadden
te antwoorden?!
{Zou ‘t kunnen zijn
dat die Jeruzalemmers, die steeds meer hun nadruk legden op Hùn Monopolie wat betreft de Tempeldiensten, niet gehéél òntevreden waren over die verwoesting van het ongeautoriseerde, onorthodoxe gebouw op Elephantine?}
Ook hadden
de ÓUDSTEN van Elefantine geen enkele reactie gekregen op ‘n brief die gestuurd was aan de zonen van Sanballat,
de gouverneur
van Samaria.
De gebeden
waren niet geheel onbeantwoord
gebléven.
De schuldigen,
van ‘Vidranga de hond’ tot de laagste in rang, waren inderdaad gestraft:
Vidranga’s buit was hem afgenomen,
‘en al degenen die de tempel kwaad hadden gedaan ✅ waren gedood & wij aanschouwden
hen...’
Maar nu
was dé énige èchte genoegdoening niet wraak, maar herstel van de tempel van YHWH dé
G D!
Als DÀT
werd toegestaan, dan zouden ‘in uw naam het meeloffer, de wierook en de brandòffers op het altaar van YaHWeH de God worden gebracht en zullen we ten allen tijde voor u bidden;
wij, onze vrouwen èn
onze kinderen!’
Uiteindelijk kwam er ‘n reactie!
Er werd
toestemming gegeven,
min of meer.
De tempel
mocht worden herbouwd ‘zoals hij voorheen was èn op dezelfde
plek’!
De toestemming
werd nadrukkelijk gegeven op voorwaarde dat offerandes voortaan nog maar uitsluitend uit graan of wierook zouden bestaan en dat er geen dierenòffers meer werden gebracht!
Iemand
Ìn Yeroesjalayiem had de gouverneur benaderd, of misschien wìlden de Joden op Elefantine de Jeruzalemmers met hun zaak verzoenen.
In elk geval
aanvaardden ze het principe dat brandòffers alleen gebracht mochten worden binnen de heilige múren van de Tempel vàn Yeroesjalayiem!
Zij aanvaardden
Hùn Òndergeschikte Status, misschien opgelucht omdat ze een tempel mòchten bouwen die eigenlijk nog steeds een overtreding was van het monopolie vàn Yeroesjalayiem, en ‘n laatste brief van Den Raad’ ~ Maoezja, Sjamaia,
twee Osea’s & JEDANJA zèlf ~ beloofde
plechtig dat er geen òffers meer
van ‘schaap & geit’ zouden
worden gebracht.
Voor de
zekerheid boden ze
een douceurtje van zilver &
scheepsladingen gerst
aan
...........
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende