4294120De in Elburg woonachtige gepensioneerde
QQQ
MILITAIR HAASLOOP
WERNER BESCHREEF
IN 1844
een wandeling over de Wolbergen
van Hattem naar
Nunspeet.
‘n Citaat
van hem beschreef de sfeer
van de zandvlakten:
“Nog slechts één ☝🏽 uur van ‘t Soerel verwijderd, besloten wij tot den togt, om
ook deze boom te gaan bezigtigen,
waartoe wij nogmaals eene Zandzee moesten doorkruipen,
alvorens de hoogte des Wolbergs,
en zoo den zoogenoemde Eper Tepel te bereiken, op welken togt mij de woorden van één onzer dichters voor den geest 👻 kwàm welke hier volkomen en toepasselijk waren.
“Ik staar langs ‘t meetloos
ruim van Veluws vale heiden,
En zie geen westenwind,
die daar de halmen kust;
Geen bloempje schiet er op in klaverrijke weiden, Geen boom verheft zijn kruin,
om schaduw uit te spreiden:
De schepping slaapt en rùst.
‘t Is doodsch:
waar ‘t 👁 oog zich wendt,
‘t ziet nèrgens groei of leven,
Slechts lucht en bruine hei,
zoo ver mijn blikken gaan;
Een rilling grijpt mij aan, ik zie een 👻 spooksel zweven,
Natuur dwaalt door dit veld,
met rouwgewaad omgeven
En schouwt het schrijnend aan.“
Zó ging de schrijver
nòg een aantal strofen door om de doodsheid en dorheid van het landschap
te schilderen.
‘n Veertig jaar nadat HAASLOOP WERNER dóór de zandwoestenij tròk,
trad de doopsgezinde predikant J. Craandijk in zijn voetsporen.
Ook hij wilde het Soerel bezoeken.
Zijn beschrijving van de streek tussen 1882 & 1890, was wezenlijk anders.
“...Díep zinkt de voet in de losse bodem weg en slechts hier en daar vindt hij wat harder grond, waar de wind het lichte stuifzand wegdreef, of heideplanten hun wortels hadden kunnen hechten.
Soms is de verblindende en eentonige kleur der in onafzienbare reeks voortgolvende eenigszins verlevendigd door groene struiken en dennenopslag,
en hebben wij in het 😓 zweet onzens aanschijns zwoegend een hoogte beklommen,
dan zien wij van verre wat dònkere heide
en bosch, maar voor ‘t overige wanden
van zand, scherp afstekend tegen den helderen hémel en
de gloeiende 🌞zonnestralen weerkaatsend.”
Hij
verdwaalde dan ook,
maar komt dank zij een Veluwenaar
weer op de goede
weg.
De woeste,
voormalige domeingronden, zandverstuivingen en
heidevelden kwamen
in 1844 in bezit van
de burgerlijke
gemeenten.
Asih, man, 79 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende