Brandwond.
Op dagen als deze –lange dag, korte nacht- zie ik het meest objectief. Nog half in slaap kan ik misschien beter nadenken en geen gevoelens erbij betrekken. Ik zie haar nog voor me lopen, altijd haar koffertje in haar hand. Wat erin zit weet ik niet, dat is waarschijnlijk ook niet aan mij om te weten. Haar bril zet ze op om ouder te lijken, er zit normaal glas in en dat terwijl mensen die tegen de dertig aanlopen jong geschat willen worden. Ik heb haar vaker gezien. Meestal op zaterdag in dat eetcafé. Ze neemt altijd een broodje gezond en als ze die eet, zet ze haar bril af. Alleen dan. Achter die bril zitten een paar jonge ogen die veel hebben gezien. Mensen om haar heen geven haar geen aandacht. Ik heb haar wel eens proberen aan te spreken, maar dan stopte ze gauw het laatste stukje van haar broodje in haar mond, veegt het met haar servet af en stapt zonder te groeten op. Tot die ene dag. Ik was vroeg in het café voor een stevige kop koffie -ik had net hardgelopen- en zag haar aan tafel zitten. Het was anders, ze at niks. Haar bril had ze op. Koffertje stevig in haar handen geklemd. Zo stevig, dat haar knokkels wit waren. Evenals haar gezicht. Zelfs geen broodje gezond. Ik was naast haar gaan zitten en legde mijn hand op die van haar. Ze leek geschrokken, maar geef geen kick. Ze had haar blouse ver opengeknoopt en ik zag een schroeiplek ter hoogte van haar hart. Ik vroeg me af wat er gebeurd moest zijn. Haar mond bewoog voorzichtig en ik deed alle moeite haar te kunnen verstaan maar tevergeefs. Het klonk als een naam. Een bekende naam. Het zonlicht weerkaatste op haar tranen en schitterden fel in mijn gezicht. Ze zuchtte en trilde en ik kon niks meer dan deze onbekende vrouw troosten. Haar gestamel werd luider, gefluister. Haar woorden vormden langzaam maar zeker zinnen. Ik kon ze begrijpen. ‘Liefde ..liefde is als een brandwond. Maar dan pijnlijker. Hij …hij verliet me. Er is me geleerd dat liefde als een brandwond is, maar pijnlijker. Ik heb een brandwond gemaakt, om het verschil te voelen.’ Zonder nog een woord reactie af te wachten stond ze op, voor de allerlaatste keer. Wankelend liep ze naar deur, zoals ik haar kende. Koffertje in haar rechterhand.
Ik denk de laatste tijd vaak aan haar nu ik die brandwond ook heb.
Misschien niet zichtbaar, maar wel degelijk aanwezig.
Jongbloed*, vrouw, 30 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende