- gedicht verhaal.
Ik zit opgenomen.
Dit is ervan gekomen.
Moeilijken jaren.
De jaren vol gevaren.
Waar ik elkedag op mijn hoede moest zijn.
Voor teleurstellingen en pijn.
Omdat ik wist dat er weer iets miss zou gaan.
Omdat ik wist, een broer niet op de juiste baan.
Ik wás elkedag bang.
Je geeft me een kus op mijn wang.
En zij ik ben zo terug.
Ik dacht oke, vlug.
Maar pas een paar dagen later.
Kwam jij terug met een kater.
Een kater van jou blow van jou speed.
Een kater van jou drank van jou weed.
Ik hield van je en nog altijd.
Ik ben nooit boos op je geworden en daarvan heb ik spijt.
Ik heb fouten dingen gedaan.
Ik zag jou als mijn groten broer staan.
Helemaal naar de tyfus gaan.
Langzaam liep je naar de maan.
Maar ik heb je nooit kwalijk genomen.
Altijd als je het vroeg ben ik langs blijven komen.
Van opnamen naar opnamen.
Van locatie naar locatie.
Ik was er weer. Het leek wel een programmatie.
Alsof het een computerspel was.
Die je moet programmeren.
En He het dan op vuur zou moeten leren.
Te dansen zodat je er levend vanaf komt.
Te dansen zodat je niet op het vuur stond.
Zodat je wist waar de gevaarlijken plekken waaren.
Zodat je wist wat je moest ontwijken, de gevaaen.
Ik heb je gemist al die tijd.
Heb je nooit uit mijn gedachten gewist
Ik dacht ik was je kwijt.
Ik zat voor het raam.
Weer zag ik jou weggaan.
Ik riep naar je alsjeblieft kom terug.
Maar nee je sliep weer onder een brug.
Als een ervaren persoon.
Was dit jou verdiende loon?
Waar had je dit aan verdient.
Dat jij werd behandelt en je iedereen bedient.
Alsof het klanten zijn.
Maar ze doen je pijn.
Ze misbruiken jou emoties.
Je weet niet waarvoor je kiest.
Ze hebben je helemaal door.
Ze gaan ervoor.
Om jou te misleiden.
En jou daarna met 2 teugels te bereiden.
Van plek naar plek in hun macht.
Je had kunnen zeggen stop! Nee wacht.
Maar het was te laat.
Ik weet hoe dat gaat.
Langzaam word je vinnen gesleept.
En is het de vrijheid die je ontneemt.
Ik heb het met je te doen.
Je jatten al mijn poen.
Ik vond het erg maar op een anderen manier.
Alsbdeze tranen die vallen op dit papier.
Meer van verdriet, niet van woede.
Meer van angst dat jij leeg bloede.
Want ik wou het beste voor jou.
En jij ook voor mij.
Dat weet ik wel, maar je was niet vrij.
In de klauwen van de dealers.
Je kon niet ontsnappen je was verslaafd.
Je bent dan wel slim maar niet hoogbegaafd.
Je kan niet alles alleen aan.
Je hebt benen nodig om op te staan.
En op het moment had je die niet.
Toen waaren het de blaadjes van weed. De poeder van speed.
Je had een blok voor je kop.
Iedereen zij stop.
Maar jij wou niet geloven.
Dat je mee werd genomen langzaam naar boven.
Je ging naar de maan.
Iedereen zag jou staan.
Jou langzaam naar de dood lopend.
Maar iedereen bleef hopen.
Dat alles goed zou komen.
Dat je als huisje boompje beestje zou wonen.
Zo is het niet gelopen.
Je hebt geen huis kunnen kopen.
Naar je hebt onderdak.
Ik weet het intereseerd je geen zak.
Maar ik ben heel trots.
Misschien is het zo dat jij dit allemaal uitkotst.
Maar ik heb je zien vechten.
Je zien vechten voor je rechten.
En ervoor op zien komen.
Ookal zat je diep verstopt tussen de bomen.
En niemand die je zag.
Jij die daar helemaal alleen tussen de bomen lag.
Naar wij hebben jou bereikt.
En jou bevrijd.
Je bent na die jaren toch wel wat verblijd.
Je ziet er goed uit en gezond.
Met jw haren mooi blond.
Ik rijm al veelste lang dus ik ga stoppen.
En morgen weer een nieuwe droppen.
capie, vrouw, 30 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende