... het gezicht dat ik lief had...

"Wat ga jij dan doen met kerst?"
Vragend kijk ik mijn vader aan, ook benieuwd naar het antwoord. "We gaan naar kennisen van ons"
Een geforceerde glimlach verschijnt op mijn gezicht terwijl ik me naar mijn collega omdraai. "Leuk toch?!"



Heet water stroomt als een warme fluwele deken over mijn rug. Ik kijk naar boven en hoop dat het water, dat over me heen stroomt, ook mijn gedachte meeneemt. Het lijkt echter alsof de herinneringen op de stralen water meedrijven en me overspoelen.

Ineens zie ik mezelf weer naast je zitten, samen lachen, gekke bekken trekken en spelletjes doen. Met grote ogen kijk ik naar de figuren, die je potlood tot leven wekt. Ik aanbid de grond waarop je loopt, lach om je grapjes, smeek om een blik, een knik, of zelfs een klein gesprek. Ik lach wanneer je dwars doet, jij bent mijn oudere broer, die ik altijd gewilt heb. Waar ik altijd om wenste. Een die me zou laten lachen, me zou plagen, maar me altijd beschermde als ik hem nodig had.

Ik zie mezelf nog bij jullie eten. Dapper kouwend op het eten, dat ik echt niet lustte. Vervolgens in jullie badkamer waar ik mezelf in jou kleding verklede. Dat was nog in mijn "later als ik groot ben word ik kunstenares" fase, waarbij mijn slonzige kleding stijl goed paste en jou veel te grote kleding dus perfect was.

Je liet me lachen om "Keizer Kuzco", je leerde me "Rayman" op de playstation spelen en mijn tekeningen werden mooier dan ooit. In jullie auto hoorde ik voor het eerst van "Rudolf", het enige lied wat ik je tot dan toe uit volle borst heb mee horen zingen.

Toen jij al op de middelbareschool zat waren die twee jaar verschil toch wel steeds duidelijker, vond jij. Je sprak me niet meer aan. Lachte me uit met je vrienden. Ik was niet stoer genoeg.

Ik wilde veranderen, eerlijk waar, speciaal voor jou. Ik wilde weer dat je met mij lachte, in plaats van mij uit te lachen. Alleen maar, omdat ik niet zo opstandig was als jij, was ik ineens van en "goede vriendin" afgezakt tot een "vage kennis".

Dus van elkaar achtereen bezoeken, zwakte onze vriendschap, of wat er nog van over was, af tot eens in het jaar en dan puur toevallig. Van een ontmoeting is niet eens meer sprake. We kijken langs elkaar en dansen om elkaar heen, als motten om een licht. Onweerstaanbaar door elkaar aangetrokken, terwijl we weten dat alleen verdriet zal wachten.

"Goh ik vond het toch zo goed, dat je laatst zo met hem sprak terwijl je hem al tijden niet gezien had," zei zijn moeder laatst tegen mijn zusje. Ik staar naar de grond naast me en sluit me af van mijn gevoelens.

Ooit was ik dat.
Ooit kon ik je alles vertellen.
Nu trek je spottend je wenkbrauw op asl ik naar je kijk.
Straal je een minachting uit bij alles wat ik zeg.
Of kwets je me met een rot opmerking, speciaal voor mijn oren bestemd, zodra de gelegenheid zich voordoet.

Ik doe wel alsof het me niets uit maakt.
Ik doe wel alsof de spottende opmerkingen van me af glijden.
Ik doe wel alsof ik stoer ben door me te verschuilen achter mijn sarcasme.
Ik doe wel alsof...

En de mensen om me heen geloven het, maar hier binnen kan ik wel gillen.

Nu is het mijn zusje die je aanspreekt. Die met je lacht...

En ik staar vanaf de zijlijn toe. Er wel bij, maar te ver weg om mee te mogen doen.

Ooit droomde ik van jouw gezicht, het gezicht van de jongen die ik zo lief had. En als ik nu naar je kijk kan ik zien hoe erg je verandert bent. Hoe de jaren je hebben verouderd.

Ik kan wel zien dat je verandert bent...
Maar het gezicht dat ik lief had kan ik me niet langer herinneren...
24 dec 2007 - meld ongepast verhaal
Weet je zeker dat je dit verhaal wilt rapporteren? Ja | Nee
Profielfoto van PureHope
PureHope, vrouw, 119 jaar
   
Log in om een reactie te plaatsen.   vorige volgende