Ik grijp ernaast.

Wat is er aan de hand?
Is het iets ergs, iets vreselijks? Het is in ieder geval iets dat beter niet had kunnen gebeuren. Is het iets dat al heel lang speelt? Of is het iets dat in een opwelling gedaan is. Iets waarvan je later kunt zeggen: 'dat was een stomme, grote fout. Ik heb er spijt van.' Of, zoals Harry van Bassie&Adriaan iedere keer beweerde: 'foutje moet kunnen!' Hoe bedoel je understatement? Het is iets dat ervoor zorgt dat iets anders mogelijk niet meer zal gebeuren. Iets waar ze al een lange tijd naartoe leeft; iets waarvoor ze veel zou willen geven.
Wat is er aan de hand?
Ik weet het niet. Vanavond gaan ze praten. Vanavond zullen de woorden uit hun monden rollen die ik uit niewsgierigheid zo graag NU wil weten. Ik weet niet of ik er bij zal zijn vanavond. Ik weet niet of ik het ooit zal weten. Ik heb er namelijk niets mee te maken. Eigenlijk zou ik er blij om moeten zijn, dat het gebeurde, omdat ik haar in mijn hoofd nooit heb gemogen. Waarom voel ik dan medelijden? Waarom voel ik me schuldig voor iets dat zij gedaan heeft, maar waarvan ik niet weet wat het is? En zelfs ik werk mee aan de straf, al is het maar in kleine mate. Ik voel me schuldig, maar ik weet niet waarom.

Vandaag is een volle dag. Gisteren heb ik het opgeschreven. Het is goed om iets op te schrijven, omdat er zo meer kans is dat het daadwerkelijk gaat gebeuren. Ik deel mijn tijd in naar mogelijkheden. Ik deel mijn tijd in, zodat ik het nuttig zal besteden. Ik vind dat ik mijn tijd nu nuttig besteed, maar ik doe niet wat ik gisteren bedacht heb. Dit heb ik gisteren bedacht.
9.00-9.30 Fitness
9.30-10.00 Douche, tas squash klaarmaken
10.00-13.00 Engels examen leren
13.00-13.30 Fruit eten!
13.30-14.30 GRIEKS
14.30-15.00 Met Iris naar Berends
15.00-17.30 Met Annemarie squashen
17.30-18.30 Klarinet
18.30-19.00 Roerbakgroenten eten
19.00-20.00 Computer + naar Sharon
20.00-21.30 Scheikunde
21.30-22.30 Fitness + douchen

Ik houd niet van fitness. Ik houd niet van rennen op een apparaat, moe worden en zweten. Ik houd van de trots die ik daarna voel. Ik ben trots dat ik 20 minuten rende en moe werd. Ik sta gelukkig onder de douche en ik zing. Ik kan mooi zingen, maar niet prachtig. Van zingen word ik blij. Zingen staat niet op mijn lijstje, dat doe ik tussendoor. Ik heb honger. Ik houd niet van honger, maar het hoort erbij. 2 kilo in 2 weken is veel. Na de 2 kilo in 5 weken. Daarom moet ik veel fitnessen. 2x op een dag 20 minuten rennen, moe worden en zweten. 40 minuten afzien, maar ik heb het ervoor over. Over 2 weken mag ik trots op vakantie. Dan mag ik misschien ook weer een klein beetje aankomen, want ik wil niet dun worden. Ik wil iets hebben waar ik trots op kan zijn.

Ik heb een 9 voor wiskunde en ik ga Nederlands studeren. Mensen vinden dat raar. Wiskunde is nodig, Nederlands niet. Iedereen kan Nederlands. Niet iedereen kan wiskunde. Ik kan wiskunde, maar ik kan niet beter Nederlands dan de massa. Toch ga ik Nederlands studeren, maar ik ben niet trots. Ik hoop dat ik trots word, als ik Nederlands studeer. Ik hoop dat ik mensen vind met wie ik mij kan identificeren. Ik hoop dat ik de 'hij' vind die ik verwacht daar te zijn. Mijn hoop is vaak ongegrond en niet belangrijk.

Engels leren.