Voor je het weet ben je weer 2 weken verder met leren en is het zover, je mag de toets maken. Helemaal goed voorbereid, alles op kaartjes gezet, jezelf overhoren, anderen overhoren, alles tot in de puntjes kunnen uitleggen. "Wow, jij kent het echt goed, sowieso dat jij een voldoende haalt!"
En dan zit je daar aan je tafeltje, toets voor je neus, 3 leervragen, makkie, 10 minuutjes. Dan een lastigere vraag, 5 minuutjes. Dan weer zo'n vraag dat je merkt dat je te goed geleerd hebt. Alle verschillende groepsprocessen geleerd, van verschillende auteurs in verschillende boeken. "Weisfelt heeft groepsprocessen omschreven", Weisfelt... Boek met harde kaft, die heb ik alleen open gehad voor andere dingen. Was het die met.. Nee, oh dan die met, JA! 10 minuten verder voor 1 vraag, alles uitgeschreven. "Of wacht, was het niet die andere?" Alles doorgekrast, 5 minuten een schema gemaakt. Klaar, niet meer over nadenken.
Kom je buiten, je raad het al. Het was de doorgekraste. "Hoe ging het?" "Ja, goed, 1 vraag fout. Dus prima!" (Gedachten: GODVERDOMME, FUCKING DOM. Die heb je nog besproken met ze allen, ezelsbruggetje gemaakt, je wist hem gewoon. Zeg maar dag tegen je mooie "hoge" cijfer.) "Nee, ging wel goed"
Dus, wat het je vandaag geleerd? Leren is goed, maar als je nooit zoveel leert moet je het ook niet doen. Zucht.
Nu weer voor morgen leren, ben ongeveer op 20%, dus teveel leren zit er niet in.
(Maar je hebt een voldoende, wees blij!)