Mijn homunculus en ik
Mijn homunculus en ik.
Tja. Wat kan je erover zeggen? Wij zijn ik. Of hij is mij. Of ik ben hem, maar dan is hij ook mij als ik hem ben.
Hmm.
Hoe dan ook, mijn humunculus is alles wat ik vroeger wou, de tijd dat ik nog niet wist wat een homunculus was.
Zoals bij de schooldokter. Een gigantisch boek (like een meter, zo groot als ik zelf was toen) met daarin de binnenkant van het lichaam vol mannetjes die spieren aantrokken en organen lieten werken enzovoort. Het leek me prachtig, mijn lichaam vol mannetjes die alles regelde. Ik wil mijn arm optillen en er zijn een stuk of tien ventjes die er identiek uitzien die mijn arm optrekken bij de triceps, terwijl bij de biceps ze anderen tien mannetjes, ook identiek aan de rest, even kunnen uitrusten en het zweet van hun voorhoofdjes kunnen vegen met identieke rode zakdoekjes.
Ik twijfel overigens nu over mijn constatering van de biceps en triceps, zijn het wel die spieren?
Als ik nu op de bank lig, te luisteren naar de stilte, en mezelf aan het vertellen ben dat ik op moet staan om iets te gaan doen, zou mijn homunculus dan op mijn hersenbank met mijn hersentv en zijn eigen zakje chips zitten, en een snotje uit zijn neus peuteren totdat hij besluit een knopje in te drukken en ik op ga staan. Of besluit ik op te staan en drukt hij dan het knopje in?
Helaas een circelredenatie waar de wetenschap nogsteeds niet over uit is.
Toch zonde als we geen eigen wil zouden hebben, alle gevangenissen leeg, en ik mezelf maar voor houden dat het mijn eigen keus is dik te worden door de zoveelste hand chocolade naar binnen te werken. Wie moet ik nou de schuld geven?
Lonk, vrouw, 33 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende