Ogen
Vandaag zag ik een paar van de mooiste ogen die ik ooit in mijn leven gezien heb. Ik zat in de trein en aan de overkant van het gangpad zaten ze. De Ogen.
Het waren niet de allermooiste ogen ooit, maar ze kwamen toch zeker wel in de buurt. De allermooiste ogen ooit waren diep nachtblauw. Ik liep het Hoog Catharijne uit, en wilde rennen voor mijn les toen die ogen de mijne vingen. Alsof ik tegen een muur opliep bleef ik abrupt staan. Mijn hoofd draaide bijna 180 graden om de ogen zo lang mogelijk te kunnen bewonderen. Vaag herinner ik mij de donkere haren en licht verveelde gezichtsuitdrukking die bij de allermooiste ogen ooit hoorden. Ze zullen waarschijnlijk nog verder vervagen, tot er slechts een impressie dat er ooit meer was dan de allermooiste ogen ooit rest. Maar die ogen, die zal ik nooit vergeten.
De Ogen van vandaag waren ook betoverend mooi. Lachend en vol vertrouwen keken de felblauwe kijkers de wereld in, alsof zij wilden zeggen: "Hallo! Hier zijn wij, geheel voor uw vermaak. Alstublieft, geniet van ons, zoals wij van u genieten." De ogen waren mooi open, niet te groot en niet te klein. Ze werden omlijst door donkere wimpers. Van boven werden ze afgeschermd door stoere, rechte wenkbrauwen. De geprononceerde jukbeenderen zetten de puntjes op de i.
Ik knipperde met mijn ogen. Mijn moeder heeft mij altijd geleerd dat het volstrekt onbeleefd is om te staren, dus ik probeerde weg te kijken. Toen ik voorzichtig terugkeek waren die mooie ogen nog altijd daar. Ze hoorden bij een jongen van een jaar of 20. Hij had flaporen en een overbeet waar mijn paard trots op zou zijn. Harmonica tanden noemden wij dat als kind. De jongen was zich er compleet onbewust van dat ik naar hem keek. In plaats daarvan keek hij naar buiten en lachte hij uitbundig toen zijn ogen op een paar koeien vielen. Aanhankelijk klampte hij zich vast aan de oudere man die naast hem zat. "Kijk!" wees hij. "Koeien!" En nogmaals lachte hij.
Toen ik uitstapte in Culemborg moesten de jongen en zijn vader er ook uit. Voor het eerst viel zijn blik op mij. Ik keek terug en lachte eens lief. Verlegen bloosde hij en terwijl hij naar beneden keek greep hij zijn vaders hand.
Ik ben nog steeds helemaal ondersteboven van die ogen. Maar misschien was het juist de kinderlijke onschuld die ze hun schoonheid gaf.
PrankDemon, vrouw, 39 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende