Soms huil ik in Antigone's armen
Soms huil ik in Antigone's armen en troost zij mij door te glimlachen en met haar hand over mijn rug te strelen. Haar schouder is zacht, haar trui is zo geel als de zon. Mijn tranen besmeuren de nieuwe stof, vers van de mannenafdeling die wij na zoveel moeite gevonden hadden en maken een einde aan het idee dat de trui nog terug kan
Niets kan ooit meer terug. Niet de tijd van dat ik geloofde in een God die alles goed zou maken, niet de tijd waarin ik dacht dat ik zou kunnen voldoen aan de eisen van deze wereld, niet de tijd van dat Antigone een vrije vrouw was waarmee ik dacht te kunnen ontsnappen. Ik heb geschreeuwd, gedanst en gillend gezongen.
-She stept down, trying not to look at her, as if she was the sun. Yet she saw her, like the sun, even without looking.
Morgenrood, vrouw, 30 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende