Verhaal, please hier ook reacties ( eerlijke! :)
Het is middag. Ik zit op het stenen trapje van oma’s tuin. Als je goed kijkt, zie je altijd wel een levend diertje lopen. Een dikke rode mier sjouwt met een korrel zand. Mieren vervelen zich nooit, ze doen altijd iets. Dat vind ik mooi.
De mier loopt mijn kant op. Hij kruipt onder mijn voet. Ik probeer niet om op mijn voet te gaan leunen. Anders gaat de mier dood. Misschien is hij wel jarig vandaag of misschien is hij net getrouwd. Voor mieren zou de zee vast een tsunami zijn. En het afstapje waar ik nu op zit een afgrond. Ik weet het niet, ik zou het ook nooit kunnen weten want ik ben geen mier.
“Oma?” roep ik. Oma komt om het hoekje kijken. “Wat is er liefje?” vraagt ze. Ik kijk peinzend naar haar rimpelige huid. “Denk jij dat mieren kunnen praten?” Vraag ik. Oma lacht zachtjes. “Ik weet het niet, misschien wel, misschien niet!” zegt ze. Ze aait over mijn hoofd. Ik wil dat niet. Ik ben geen kleuter meer. Ik word groot. Oma merkt het. Ze stopt met aaien. Ik leun voorover om mijn glas limonade te pakken. “Oma?” Vraag ik weer. “Ga je volgende week in de zomervakantie mee naar de camping? Dat moest ik van mama vragen” Oma kijkt me lief aan. “Wil je dat?” Vraagt ze. Ik knik. “Vooruit dan maar” Zegt oma lachend. Ik geef haar een kus. “Ik ga weer, morgen ga ik met papa, mama en Mees een weekendje naar de camping om de tent er alvast neer te zetten, dus ik moet mijn tas inpakken” Oma knikt “Ik hoorde het van Marcel. Doe de groeten aan je vader je moeder en Mees en pas goed op jezelf hè?” zegt ze. Ik lach en ren snel naar de overkant, waar ons huis staat.
Thuis zit Mees op de bank met Demi, zijn vriendin. Ze kijken tv. Ik grijns en geef Mees een high five. Hij lacht. “Lief zusje van me” Zegt hij en hij duwt me richting de trap. Mopperend ren ik naar boven, ik ga wel in mijn eentje iets doen. Mama staat boven te stofzuigen. “Hoi lieverd was het leuk bij oma? Oh ja, pak je je tas gelijk in?” Ik knik en geef haar een kus, ondertussen wurm ik me langs haar heen naar mijn kamer. Ik haal mijn koffer van mijn kast en pak hem in. Kiki, mijn knuffelkonijn gesp ik vast aan mijn koffer. Ze zit in een oude sok, die ik heb gemaakt als reisslaapzakje. Met een echt miniritsje! Haar oortjes zijn versleten omdat ik er altijd aan friemel. Maar ze is nog steeds even zacht, en omdat ze net in de was is geweest, ruikt ze ook nog heerlijk!
Ik voel me best vies, nadat ik met oma in de tuin heb gewerkt, dus ik douche me even snel. Als ik uit de heerlijk warme douche stap, en mijn kamer inloop word ik verleid door mijn warme bed en ik merk dat ik doodmoe ben. Ik trek een T-shirt en onderbroek aan, ga liggen, en dan val ik in slaap.
Een uurtje later wordt ik wakker doordat er op mijn deur wordt geklopt. “Schat, we gaan eten” hoor ik.
Ik blijf heel even liggen maar dan ruik ik de geur van mijn lievelingspasta:
pasta met pesto en karbonaadjes. Ik schiet overeind “Yes!” mompel ik. Ik pak een joggingbroek uit de kast en bind mijn (nog een beetje) natte haren in een staart. Dan knip ik het licht van mijn kamer uit en huppel naar beneden, de huiskamer in. “Hoi mam! Hoi Run” zing ik. Ik loop naar de Bench van Run (onze nieuwe puppy, ze heet Run omdat ze als een speer kan rennen!) en open hem. Run kwispelt vrolijk met zijn blonde staartje en likt aan mijn hand. Mijn moeder komt net met een grote pan naar binnen gelopen, ze glimlacht naar me. Ik snuif de heerlijke geur op, duw Run zijn Bench weer in en schuif aan tafel. Daar zitten Demi en Mees al, in elkaar verstrengeld. “Hee Demi! Blijf je ook eten?” vraag ik om ze af te leiden van dat kleffe gedoe. Demi knikt, maakt zich los van Mees en bloost. “Ja! Mijn ouders zijn weg, en ik ben al best lang niet bij jullie geweest. Dus ik dacht laat ik maar vragen of ze het oké vinden.”
Ik grinnik. Demi is heel aardig. Ze heeft van die mooie blauwe pretogen en blond krullend haar. Ze neemt het altijd voor me op als Mees flauw tegen mij doet. Nou ja, dan geeft ze hem een kus en dan stopt hij.
Mijn moeder schept mij op “Hoe was het vandaag bij de orthodontist?” vraagt ze. Ik zet een zielig gezicht op en zeg “Ik moet een slotjesbeugel!”
Demi lacht. “Die heb ik ook gehad, het is dikke shit hoor! Maar als hij eruit is, staan je tanden zó mooi” Demi ontbloot haar tanden en zet een domme blik op. Ik heb net een hap genomen, dus ik stik bijna in een stukje vlees, ik spuug het uit en (wat ik al had verwacht), het beland op Mees. “Hahahahahaha!” gillen ik en Demi. We vallen tegen elkaar van het lachen. Mama lacht ook mee, maar Mees heeft hier geen zin in, hij veegt met een chagrijnig hoofd het stukje vlees van zijn T-shirt. “Doe normaal en doe eens niet zo vies El, je bent echt irritant, je bent geen kleuter me….” Demi duwt haar vinger tegen zijn lippen. “Stil, het is je zusje maar” zegt ze zacht. Maar dat hoor ik. “wat? Je zusje maar? Ik ben je zusje je enige zusje, en ik ben hartstikke groot en aardig en ik doe altijd mijn best hoor, en…. En… uh… pff”
Ik ga met mijn armen over elkaar zitten en staar naar het lekkere eten. Iedereen weet dat ik dit niet lang volhoud dus na een tijdje schiet Mees in de lach en ik ook. “Sorry Ella” zegt hij. Hij pakt een erwtje van zijn bord, legt hem op zijn lepel en schiet hem tegen mijn hoofd. Ik lach. “Het is oké, Muis” zeg ik. Mees heeft een hekel als ik muis tegen hem zeg want Demi vind het een supergrappige naam (ze lacht er altijd om). Maar hij houdt zich in. Demi lacht zachtjes achter haar hand. “Zuster en Broederliefde” zegt mama. Ik zucht en begin weer te eten. En ik blijf de hele maaltijd stil, zo veel trek had ik.
Ik lig in bed, het is half 10. Mijn moeder heeft me net een kus gegeven. Morgenavond, na school vertrekken we voor een weekendje naar Frankrijk. We gaan met de sneltrein, zodat we er binnen 2 uur zijn. Ik mag natuurlijk niet helpen met de tent opzetten, want ik verpest dat soort dingen altijd, dat komt goed uit want er is een zwembad, en ik heb net een nieuwe bikini. De voordeur gaat zachtjes dicht. Papa is thuis. Ik hoor zachte muziek, geluid van de tv, en gelach. Dat zullen Mees en Demi wel zijn.
Dan besef ik, dat ik eigenlijk wel een heel perfect leven heb. Ik denk aan Run, míjn nieuwe puppy. Mees, mijn lieve broer. En mijn ouders, tja die zijn gewoon lief.
Oh nee, ik vergeet de belangrijkste persoon! IKZELF NATUURLIJK!!
Ik grinnik. Wat kan ik toch weer lol hebben met mezelf. Mijn deur gaat zachtjes open. “Hé schat, slaap je nog niet?” mijn vader kijkt om het hoekje van de deur. Ik schudt mijn hoofd. “Nee ik ben wel moe maar ik kan niet slapen” zeg ik. Mijn vader loopt mijn kamer in en hij gaat op de rand van mijn bed zitten. “Denk maar dat je door een wereld loopt van snoep. Je kijkt naar het meertje van limonade, en de bomen waarvan de stammen van zuurstok zijn en de bladeren van snoeppapier. Het gras is van mierzoete groene snoepveters, en de wolken zijn van suikerspin en hum hulfm lahmbne……” dat laatste versta ik niet meer ik dommel langzaam in en ik sluit mijn ogen.
Ik zit op een schommel. Hij gaat heel zachtjes, dat wil ik niet. Ik wil harder gaan. Een konijn duwt me. Hij roept naar me: ‘ik ben een schommelkonijn, ik duw iedereen die geduwd wil worden!’ eerst duwt hij me zacht maar dan harder en ruwer. Ik wil huilen, omdat ik zo bang ben maar er komt geen geluid. Ik wil schreeuwen naar de andere konijnen. Opeens krijgen alle konijnen rode ogen. Ze lopen naar me toe en zeggen iets tegen me. Ik versta het niet. Het schommelkonijn schreeuwt wat in mijn oor. Ik duw het konijn weg en probeer de anderen weer te verstaan. ‘je oma ze…’
Het konijn naast me is opgestaan en roept weer in mijn oor. Nu versta ik dat konijn heel goed “Wakker worden, Liefje! Wakker worden!”
Langzaam dringt het tot me door dat ik droom. Ik duw de droom aan de kant en open mijn ogen. Mijn moeder zit ongerust aan mijn bed. Het licht schijnt door mijn gordijnen. “Schat? Je werd maar niet wakker! Je moet over een kwartier al naar school” zegt ze. Ik ril, ondanks dat het helemaal niet koud is. En sta op uit mijn bed. Mijn grote klok geeft aan dat het kwart voor acht is. “Schiet je op?” vraagt mijn moeder. Ik knik slaapdronken en loop naar de badkamer. Het koude water geeft me afleiding en een paar minuten later loop ik aangekleed en al de huiskamer in, waar aan de tafel Mees zit te eten. “Hoi broertje” zeg ik. Mees kijkt slaperig op van zijn cornflakes en zwaait naar me met zijn lepel. “He”
Ik loop naar de keuken en pak uit de koelkast melk. “zijn er nog cornflakes Mees?” roep ik. “Yep!” brult Mees terug. Ik huppel de keuken weer uit en bots bijna tegen mijn moeder aan. “He schat, wat zie je er leuk uit!” zegt ze. Ik grijns naar haar. Als mama de keuken uit is, loop ik naar de spiegel. Ik kijk naar mezelf. Ik heb licht-blonde lange krullen, sproeten die mijn hele gezicht bedekken, groene ogen met dikke lange wimpers, bescheiden wenkbrauwen en dunne lippen. Ik laat mijn ogen langs mijn kleren glijden. Een effen blauw bloesje en een wit vestje sieren mijn bovenlichaam. Ik heb een donkere skinny jeans en rood met witte All Stars aan mijn onderlijf. De koekoeksklok in de huiskamer slaat acht keer. 'Shit!' roep ik. Behendig ren ik door de kamer, terwijl ik in mijn ene hand mijn jas vast heb en in mijn andere hand een boterham met chocopasta. Ik zwaai met de boterham naar mijn moeder en sprint naar buiten via de achterdeur. Snel kijk ik op mijn horloge. Eén over acht. Ik ga het redden.
Jonnaxx, vrouw, 26 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende