denk je wel eens aan toeval
bij het rijden over verlaten wegen
net bij die ene wegversmalling
kom je iemand tegemoet en tegen
denk je wel eens bij een winkel
het is rustig, dat is snel klaar
maar net als je bij de kassa bent
staat een ander met een volle kar daar
als zand tussen de raderen van een uurwerk
vraag je je af, waarom juist op dat moment
verschijnt er iemand uit het niets ten tonele
terwijl je in je eigen tempo door het leven rent
denk je wel eens, iets vroeger of later
dan zou je in je eigen ritme zijn gebleven
dit zijn de verwondering en de vraagtekens
waarop niemand een antwoord kan geven