Citroenmelisse
Gebroken, versplinterd, in gruzelementen, in stukken uit elkaar gespat. Her en der verspreid op de smetteloos witte vloer bevonden zich de stille getuigen van een onstuimige ruzie. Scherven in pastelkleuren, besprenkeld met druppels thee.
‘Citroenmelisse : een ontspannende en rustgevende werking.’
Het enigste geluid dat hoorbaar was in de schaars verlichte kamer was een zacht, hartverscheurend gesnik. Mijn gesnik.
Verdwaasd keek ik de kamer rond. Stoelen, her en der gesmeten, scherven van mijn mooie pastelkleurige servies verspreid over de vloer. Ik besefte niet helemaal wat er gebeurd was. Het was net alsof ik het vaag gelezen had op een pagina van een willekeurig uit de kast getrokken boek. Alsof mijn ogen vluchtig en zonder echt informatie op te nemen over de woorden, zinnen en leestekens heen gegaan waren. Het was, als die ene scène van een film, die je nog net halfbewust meemaakt net voor je genesteld in je favoriete zetel voor de open haard, met een fleece dekentje over je heen gedrapeerd in slaap sukkelt. Maar nog het meeste voelde dit aan als langzaamaan verdrinken. Alsof ik amper nog mijn hoofd boven het water uit kon houden. Met maaiende armen en spartelende benen tergend traag ten onder gaand.
Een denkbeeldige bubbel vormde zich rond mij heen en sloot alles buiten. Geen emoties, geen geluid, geen pijn. Enkel nog herinneringen.
Het waren reeds verdomd gespannen dagen geweest. De druk op mijn schouders woog als lood en het was niet eens mijn fout. Ik kon er toch ook niks aan doen dat het maar niet lukte om kinderen te krijgen. En toch bleef hij bij hoog en laag volhouden dat het aan mij lag, dat ik een slechte vrouw was omdat ik geen nageslacht kon baren. Woordenwisselingen volgden elkaar in hoog tempo op, ze maakten mij steeds radelozer. De ruzies waren de afgelopen dagen een beetje uit de hand gelopen, mede door mijn hormonenkuur, waardoor we nu geen woord met elkaar wisselden. Hij verweet mij veel, enorm veel. En ik wist dat als het zo nog lang zou doorgaan ik het niet meer aan zou kunnen. Ik was broos, teer als een porseleinen popje. 'Mijn collega's komen eten morgen, jij kookt.' Het eerste dat hij na vijf zenuwslopende dagen tegen me zegt en dan is het verdorie nog een bevel. Verdomme, mijn bloed kookte en ik zou verschrikkelijk graag een verwijt naar zijn hoofd geslingerd hebben. Ik ben toch verdomme zijn slavin niet. En een huisvrouw ben ik ook niet, ik heb een carrière, in godsnaam. Ik wist echter dat als ik nu kwaad werd de stilte weer zou terugkeren in alle hevigheid. Dus slikte ik mijn woorden weer in en stopte mijn kwaadheid weg in de verste uithoek van mijn gedachten. 'Dat is oké voor mij,' zei ik hem zacht, 'zal ik als dessert gevulde koek maken?'. Hij ging hiermee akkoord en even dacht ik dat alles weer in orde was. Dat de stilte langzaam weg zou trekken en we weer met elkaar zouden kunnen babbelen. Dat we elkaar weer zouden kunnen liefhebben. Dat alles weer zou worden zoals het was.
Dus ik wenste hem gedag, gaf hem een kus op zijn wang en zag hem vertrekken naar zijn werk. Langzaam legde ik mijn hand op mijn buik, vandaag zou ik het weten. Ze zouden me bellen rond de middag en de uitslag van de tests meedelen. Ik zou weten of het eindelijk gelukt was om zwanger te geraken. Maar nu zou ik eerst inkopen moeten doen, zodat ik vanavond een lekker diner zou kunnen maken voor mijn man en zijn collega's.
Ik kwam terug thuis rond de middag, aan mijn arm enkele plastieken zakjes gevuld met boodschappen. Ik had de voorbije uren helemaal niet meer gedacht aan het telefoontje dat ik verwachte, maar nu ik terug in huis stond trok de spanning de knoop in mijn maag weer strak. Misschien zou de spanning wat afnemen eenmaal ik aan het koken zou slaan. Met een zacht muziekje op de achtergrond kokkerellen bracht me altijd tot rust. Ik zette de radio aan en heupwiegend begon ik aan het diner voor de avond.
Met z'n allen zitten we gezellig aan de tafel, de sfeer is gemoedelijk en de alcohol heeft duidelijk al menig tongen los gemaakt. De gesprekken gaan snel heen en weer, waardoor ik niet de kans krijg er tussen te komen. Ik verzink even in gedachten en zie daardoor zijn gezicht niet vertrekken. Zijn plotse uitval overvalt me. 'Wat is dit nu weer voor wansmakelijke grap? Wansmakelijk kan ik wel zeggen ja! Kinderen kan je niet krijgen en koken ook al niet, wat voor een vrouw ben jij?' Met een blik van walging spuwt hij zijn hap eten op zijn bord uit. Ik schrik. Wat heb ik in godsnaam fout gedaan met het eten? Ik proef zelf vlug en schrik. Dit is echt niet te eten... Ik denk in paniek terug aan enkele uren daarvoor. Het telefoontje! Toen ik te horen had gekregen dat ik ongeveer zes weken in verwachting was, werd ik waarschijnlijk zo opgewonden dat ik wat verkeerd had gedaan. Ik probeer het hem vlug uit te leggen, maar de alcohol had hem onredelijk gemaakt. Hij roept steeds luider en plots gooit hij zijn bord tegen de muur. Ik schrik, schuif achteruit met mijn stoel en wil in paniek opstaan. Vanuit mijn ooghoeken zie ik dat zijn collega's reeds rechtstaan en aanstalten maken om weg te gaan. Ik gebaar hen onopvallend dat het oké is en wend me dan weer tot mijn man. Hij is furieus en gooit met alles dat binnen zijn handbereik is. In paniek druk ik me tegen de muur, laat me naar beneden zakken en sla mijn armen beschermend rond me heen.
De deurbel haalt me plots uit mijn gedachten. De tranen die over mijn wangen stromen veeg ik met een bruusk gebaar weg. Ik loop langzaam door de ravage heen en open de deur. Op de drempel staat één van zijn vrouwelijke collega's. 'Is alles wel oké Saar?' Ze kijkt angstig naar mijn benen.
Benauwd volg ik haar blik naar beneden. Bloedrode beekjes lopen langzaam van mijn dijen naar beneden. Ik krijg een wrange smaak in mijn mond en ben bang dat ik het bewustzijn ga verliezen. 'Maak je even een kop thee voor me Lisa? Citroenmelisse, alsjeblieft.' vraag ik haar.
‘Citroenmelisse : een ontspannende en rustgevende werking.’
freakyages, vrouw, 30 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende