Een sprookje voor Manoa* [1]
Lieve Manoa*,
Iedere dag is uniek, al lijkt dat vaak niet zo. In feite is iedere dag een sprookje, een nieuw verhaal. Voor sommige mensen is zo’n verhaal niet bijzonder, anderen hebben geluk. Voor jou is ieder verhaal een kwelling die je hele leven in beslag neemt. Ik wil iedere dag voor jou een sprookje schrijven van hoe het zou kunnen zijn. Iedere dag neem ik je een paar minuten mee op een onvergetelijke tocht tussen fantasie en werkelijkheid. Ik wens je veel geluk toe!
Zondag 21 januari 2007
Vandaag neem ik je mee naar een eiland zonder nare dromen. Het wordt een lange reis, maar we hebben het ervoor over. We zitten in een kleine roeiboot en we kijken uit over de onmetelijk grote oppervlakte van de zee. Recht voor ons uit tekent zich een horizon af in prachtige kleuren. Het is zonsondergang. Om ons heen horen we niets anders dan het gekabbel van golven, af en toe het opspatten van een vluchtige vis. Geen van ons beiden hoeft te roeien. We varen vanzelf in de juiste richting, al weten we niet welke dat is. Boven ons hoofd vliegen vogels. Aan het begin zijn het krijsende meeuwen met rode snavels, maar als we verder gedreven zijn, zien we de prachtigste roofvogels, papegaaien en kleine vogeltjes waarvan we de naam niet weten. Als de zon helemaal onder is gegaan, zien we alles opnieuw bij het licht van de maan. Niets is veranderd, behalve de kleuren. Het zwart van de zee is niet angstaanjagend, want in de diepte schijnt een licht. We proberen het licht te grijpen, maar we kunnen er niet bij. Het water is lauw en streelt onze handen. Deze reis zou eeuwig mogen duren. Niet wetend hoe lang we precies gevaren hebben, zien we een donkere kustlijn voor onze ogen opdoemen. Als we aangemeerd zijn, aanschouwen we het eiland. Palmbomen en grove rotsen tekenen zich af tegen het zwakke schijnsel van de maan. Midden op het eiland staat een groot wit bed. We gaan liggen en verdwijnen binnen enkele seconden in een diepe slaap. Prachtige dromen wisselen elkaar af en we zien op tegen de morgen; de morgen van wakker worden in een oude, bekende omgeving. We blijven slapen.
Jeananas, vrouw, 35 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende