Ik heb zolang gedacht dat het voor altijd was.
Zovaak gezegd hoe goed je bij me past.
Nu streel ik de plek waar je jaren lag.
En wacht hier alleen op een nieuwe dag.
Doe alsof ik nooit, in jouw hart heb gewoond.
Ik zal altijd weten, wie of waar je bent.
Hoe hard je ook rent...
En je hebt geen idee, wat je met me doet.
Jij was voor mij mijn lust, mijn levensbloed.
Ik zag ons al samen op een bankje, oud.
Maar zit hier alleen en ik heb het koud...
Doe alsof ik nooit, in jouw hart heb gewoond.
Ik zal altijd weten, wie of waar je bent.
Ik wil niet van je horen, dat het leven verdergaat.
Wat heb ik aan die woorden, als ik niet meer besta.
Ik zal altijd weten, wie of waar je bent.
Hoe hard je ook rent...
Wat is er nu zo anders, dat jij niet meer gelooft.
In ons leven samen, wat heeft ons berooft.
Van samen ontwaken, een nieuw leven maken.
Van al onze dromen en eeuwige trouw.
Wat moet ik alleen, zonder jou...
Want ik heb zolang gedacht dat het voor altijd was.
Zovaak gezegd hoe goed je bij me past.
Nu streel ik de plek waar je jaren lag.
En wacht hier alleen op een nieuwe dag.
Doe alsof ik nooit in, jouw hart heb gewoond.
Ik zal altijd weten, wie of waar je bent.
Hoe hard je ook rent...