Het was weer een heerlijke dag gister. Afwisselend bewolkt en zon, droog, tegen de 20 graden. Prima wandelweer dus.
En dus reed ik met kids weer eens naar Brakkefort en stuurde ik zo af en toe een smsje richting wandelMan.
Ik had het deze keer echt goed aangepakt!
Om 11.45 kregen de kids thuis een krentenbol en nam ik een croissantje en pakte ik ondertussen de luiertas in.
Lot verschonen, Stef zijn speeltuinkleren aan, plassen, alles en iedereen in de auto deponeren, mopperen op al die stadskranten in de achterbak, en HUP, op naar Brakkefort.
Precies zoals gepland, viel Lot in de auto in slaap, en kon ik haar al slapend overhevelen in de kinderwagen. Ideaal.
Het was lekker rustig, dus nestelde ik mij met een heerlijk boek in een terrasstoel, met naast mij een slapende Lot, ergens voor mij een spelende Stef, en recht voor mij een heerlijke cappuccino met een gevulde koek
Lot besloot na een uur heerlijke rust voor haar moeder, dat ze wel wakker kon worden. Stef kwam wat drinken halen, we aten een ijsje, kletsten wat.
Stef ging bij de zandwatermachine spelen en Lot en ik besloten een rondje te lopen.
Toen begon het.
Irritant kereltje #1
Lot lag op zo'n grote ligschommel, zo'n ronde mat in bak-met-punt-naar-beneden-vorm ding, heerlijk heen en weer te wiegen. 2 jochies komen eraan, en willen erin. De oudste zegt "oh, er ligt al iemand in, we gaan straks wel" Hij kijkt mij aan, ik geef hem een glimlach en knipoog en zie dat hij naar de naastgelegen schommels loopt. Ik besluit bijna te stoppen en plek te maken voor hem.
Maar dan de jongste.
"Oh, maar daar kan ik wel bij!" En ik zeg hem rustig dat ik dat niet fijn vind, dat Lot daar nog te klein voor is, dat als hij even wacht, hij er zo bij mag.
"Nee, ik ga wel hier op de zijkant staan"
"Nee hoor, wij gaan er zo uit, dan mag jij"
"Ik mag gewoon hier staan en dan kan dat", met een steeds brutaler wordend toontje, al schommelend op die schommel willen klimmen, zonder mij aan te kijken.
Ik stop de schommel, de jongen kijkt me verbaasd aan. "Als je er NU even vanaf gaat en wacht, mag je er zo bij", is mijn tekst naar hem, terwijl ik hem in de ogen kijk. "Maar ik HELP alleen maar!!" "Nee, je luister niet en als je er nu niet vanaf gaat, blijf ik nog heel lang hierop en kom je nooit aan de beurt!"
Nou, de volgende keer zeg ik dat laatste meteen, want dat deed wonderen.
En toen ik er met Lot vanaf ging, heb, keurig op kinderniveau zijn vriendje geroepen dat HIJ erop mocht! (ja zeg, het is mijn werk om pedagogisch verantwoord bezig te zijn...dus soms....)
Irritant kereltje #2 met nóg irritantere mama
3 turven hoog, akelig mooie oogjes, stralende glimlach, botst op een fietsje gewoon tegen alles en iedereen aan, loopt echt de hele dag te jennen. En als er dan kinderen zijn, die ertegenin gaan, komt zijn mama die kinderen de les lezen.
En toen kwam die mama, de mama van Stef en Lot tegen.
Toevallig, Lot zat op de schommel, en haar dochter op die ernaast. Ze gooit haar sigaret op het gras, trapt hem uit, ziet een leeg pakje drinken liggen, loopt naar mij en zegt dat zo stom is, mensen die lege pakjes op de grond gooien terwijl er elke 10 meter prullenbakken staan.
"Ja inderdaad", beaam ik, "dat is al net zo ergerlijk als mensen die in een speeltuin sigarettenpeuken op de grond laten liggen"
Een schouderophalen volgt, een gemompel over dat er heel veel peuken liggen, dat zij niet de enige is, dat veel mensen het doen.
Ik antwoord met een glimlach, dat dat natuurlijk geen reden is om iets OOK te doen, tenslotte zijn we allemaal volwassen mensen die gelukkig goed zelf kunnen nadenken en eindig met een heerlijk sarcastische "Toch?".
De mama wordt rood en zegt dat ze zo'n pakje drinken erger vindt. Ik zeg dat ik dat niet vind. Sigarettenpeuken worden namelijk door kleine kinderen zoals die van haar en mij, opgepakt en in de mond gestopt. En sigarettenpeuken zijn giftig.
En ze wil niet de vergiftiging van een kind op haar geweten hebben, "Toch?". (dezelfde sarcastische ondertoon, uiteraard )
De mama wordt nog roder, haalt haar schouders op en loopt terug naar de picknicktafel waar haar man ijs zit te eten.
In een voor mij onverstaanbare taal moppert ze duidelijk tegen hem, over mij, af en toe mijn kant op wijzen. Haar dochter begint te jengelen en jammeren en bleren dat ze eruit wil. Beide ouders kijken naar haar en naar mij.
Met mijn gezelligste glimlach kijk ik terug, pak de schommel van Lot nog eens vast en hoor een schaterlach nagalmen. Het gejengel wordt overstemd.
En zo hoort het, positieve geluiden moeten sterker zijn dan de negatieve.
De mama loopt geërgerd naar haar dochter, haalt haar uit de schommel en zet haar op de grond.
Ik kan het niet laten... "Pas op meisje, er liggen dan vieze dingen op de grond,niet oprapen hoor!"
En in mijn ooghoek zie ik een meisje van een jaar of 8 van haar fiets afstappen, het lege pakje drinken oprapen en in de prullenbak gooien. "Dat was iemand zeker even vergeten. Kan gebeuren!"
En de rode schouderophalende mama steekt nog een sigaret op. Terwijl ik met Lot langs hun tafel loop, wijs ik haar op de asbakken op de terrastafels, zo'n 50 meter verderop. Zo raar, ze bedankte me niet eens!