Nu ben je er nog. Overal. Hier en daar in mijn leven, bepalend voor mijn gedrag. Nu ben je er nog en dat zou ik moeten waarderen. Nu ben je er nog, in mijn leven en die van iedereen die om je geeft. Nu ben je er nog, zonder dat jij het zelfs weet. Je bent er, om ons te troosten, om ons te waarderen, om van ons te houden. Je bent er altijd al geweest, zolang ik het zelf al zou kunnen herinneren. Je bent er altijd al geweest en blijven zul je dan toch ook moeten van mij.
Nuje er nog bent, zal ik aan je moeten laten zien, hoeveel ik eigenlijk wel niet van je houd. Je betekent veel voor mij en niemand zou jouw plek in kunnen nemen. Niemand is dat waardig. Zelfs degene niet waar ik nog het meeste van houd. Nu je er nog bent, moet ik je laten zien hoeveel je waard bent en wat je voor iedereen hebt gedaan. Nu je er nog bent, moet ik de anderen in laten zien hoeveel jij voor hun bent en hoeveel ze wel niet van je houden. Stom genoeg vergeten mensen nogal snel zulke dingen.
Ik moet dat allemaal doen voordat jouw tijd gekomen is. Het is teveel werk, zou ik meer tijd mogen krijgen ? In mijn eentje lukt dit niet, zou ik hulp mogen krijgen ? Alles moet ik doen, nu je er nog wel bent en niet wanneer je er straks niet meer bent. Ik moet alles doen voor het te laat is en het geen enkele nut meer heeft. Voordat het totaal meningloos is geworden. De woorden van een oude ziel. Nu ben je er nog, en straks niet meer. Zoveel te doen en toch zo ongelooflijk weinig tijd.. Geef me meer tijd..
Weggaan zou je van mij eigenlijk niet mogen doen, toch ga je het doen, veel te snel al. Weggaan is verschrikkelijk. Verschrikkelijker is het afscheid nemen. Met een bloedend hart zal ik achterblijven. Ik zal moeten leven zonder de liefd een begrip die je me eerst gaf. Ik zal zonder jou moeten leven. Ik zal je missen, missen uit mijn leven. Het is nog te vroeg, je zou me nog zo lang zien opgroeien. Je zou me zien ontwikkelen in een speciaal mens. Een speciaal iemand. Zonder jou is er een heel plekje in mijn hart en niemand die hem kan innemen.
Ookal lijkt dat plekje in mijn hart leeg en verlaten, toch is het dat niet helemaal. Het is een memoriale gedachte aan jou. De pijn die je achterlaat zal met de tijd omgroeien tot iets moois. Omgroeien tot die liefde die ik altijd al voor je heb gehad. Omgroeien tot de liefde die ik niet vaak genoeg heb laten zien. Omgroeien tot iets moois dat mijn ziel laat huilen, diep van binnen. Omgroeien tot iets wat mij pijn doet omdat ik het niet vaak genoeg heb laten zien aan jou. Jij zal de opa zijn die ik zal moeten missen.
Altijd zal je een plekje in mijn hart behouden, jij bent immers degene die dat plekje heeft gereserveerd. Al bij mijn geboorte. Al vanaf de dag dat ik geboren werd had je al een plekje in mijn hart, dat was gewoon voorbestemd. Met de tijd is dat plekje alleen maar omgegroeid tot een paradijsje waar jij mag verblijven als je er niet meer bent en op de momenten dat ik verdrietig ben, en het eventjes allemaal niet meer aankan, dan ga ik naar dat plekje, en naar jou. Dan omhels ik je en ben ik bij je, je liefde zorgt ervoor dat ik je niet meer hoef te missen.
Jouw plekje zou ik nooit wissen, nooit van mijn hele leven. Dat plekje is heilig voor mij, mijn hemel op aarde. Op jouw plekje hoef je nooit alleen te zijn, daar hoef je nooit te vrezen, daar hoef je niet bang te zijn. Je hoeft niet bang te zijn in het donker, altijd zal er iemand zijn die je hand vasthoud. Altijd zal er iemand zijn die je omhelsd op momenten dat je het nodig hebt. Er zal altijd iemand zijn die je liefhebt. Mijn eigen Utopia.
Jij verdient de Utopia in mijn hart, want dat plekje is speciaal voor mij. Net zo speciaal als dat jij speciaal bent voor mij. Speciaal zijn voor mij, dat zul je altijd blijven. Dat zal nooit vervagen. Ik zal je er gaan missen, hoeveel ik ook aan je denk, hoelang geleden het wel niet zal zijn. Je was te speciaal om niet verdrietig om te zijn. Je bent zo speciaal, om jouw verdwijning moet je wel verdriet hebben. Zelfs als je jou niet lang kent. Jij was mijn speciaal iemand in mijn leven en van mij had je er echt veel langer mogen blijven.
Ik zou er alles aan doen, alles voor geven, om jou hier te houden. Ik zou zoveel overhebben als ik de kans ervoor had, ik zou zoveel willen doen, als ik zou kunnen, ik zou zoveel moeite doen, als het maar iets zou betekenen. Straks ben je zomaar opeens weg, en wat dan ? Een lege plek op de stoel, in huis, op verjaardagen, op feestjes. Altijd om ons heen. In plaats staat er een kist in de kerk en daarna een kist onder de grond. Een kist die langzaam wegrot, want een lichaam is toch niks waard.
Niet wetend wat er met ze zal gebeuren als jij wegbent stap ik de toekomst in. Mijn hand om mijn hart geklemd. Wachtend op die ene harde klap. Die o zo fatale klap die voor mij bijna fataal zou zijn. Ik weet niet wat ik zou doen.. Het enige dat ik zeker weet van mijn toekomst zoals hij er nu uitziet is dat hij veel pijn zal gaan doen. Dat hij zeer missend gaat worden en niet fijn. Ik zal je gaan missen, ik zal aan je denken, elk moment van de dag zal ik denken aan hoe je was en hoe je bent.
Alles zal pijn gaan doen, net zoals ik al eens eerder heb ervaren. Net als vroeger, toen ik kleiner was dan ik nu ben, toen ik ookal een speciaal mens verloor. Toen ik oma verlies, jouw vrouw. Ik weet dat dit pijnlijk zal worden, maar je bent tenminste bij haar. Lieve opa, ik weet hoe erg je haar miste, het is niet erg, je kunt wel gaan, hoe zeer ik ook zou willen dat je hier bij ons blijft. Er is iemand die daar boven op je wacht. Iemand die al van je houd sinds je jong was.
Ook bij oma was de pijn er, hoe jong ik dan ook was, de pijn is er altijd, bij elke leeftijd. Het maar net hoe je bent. De pijn vrat me op van binnen en maakte me zo verdrietig dat ik weg wou zijn, naar oma toe. Alleen maar omdat ik bang was dat ze alleen zou zijn, omdat ik bang was dat ze daarboven geen vrienden zou kunnen maken. Omdat ik bang was dat er niks meer van haar zou overblijven, van wie ze is. Haar lichaam maakt niks uit, die ligt daar in de grond.
Bij jou zal ik ook diezelfde pijn gaan hebben, alleen maar omdat ik je niet meer kan zien, alleen maar dat ik je niet meer kan aanraken. Ik kan je niet meer in je ogen kijken. Jouw dood zal moeilijker zijn dan die bij oma, dat is stom en gemeen om te zeggen van mij. Het doet alleen maar meer pijn omdat ik jullie beiden nu niet meer aan mijn zijde zal hebben. Ik zal er alleen voor staan. Ik zal nooit meer bij jullie op bezoek kunnen gaan. Ook zal ik niet langs jullie huis kunnen gaan voor herinneringen. Die wordt verkocht.
Ik zal dagenlang aan je blijven denken opa, dat hoort er gewoon bij. De pijn is er dan misschien wel in grote mate, de liefde is er in een nog grotere mate. De liefde zal me er doorheen helpen en mijn pijn omvormen. Ik mis je. Ik zal nog dagen aan je blijven denken, met pijn en leed in mijn hart. Die dagen zullen vol storm en onweer zitten. Mijn hoofd zal niet in zijn Utopia zitten, maar diep beneden in het donker. In het donker waar niemand me troosten kan, waar ik alleen maar zelfmedelijden heb.
Medelijden met mezelf hebben is onzinnig. Ik weet dat je er altijd zult zijn en ik weet dat je altijd naar me zal kijken. Ik kan je alleen niet zien, ik zal je niet terug kunnen kijken. Ik zal niet meer in je ogen kunnen kijken en zien wat je bedoeld. Ik zal dat alles moeten missen, als jij er niet meer bent, dan zal ik het moeten overleven met een foto. Een foto op mijn kamer, op mijn belangrijke plank, naast mijn belangrijke oma. Die plank krijgt er dan een nieuw lid bij, een belangrijke opa. Een hele belangrijke.
Ik wet niet hoe het met me zal gaan als jij wegbent. Ik denk dat ik me een tijdje terug trek van alles. Dat ik alleen op mijn kamer zal zitten, met een gitaar. Een wit gezicht vertrokken van verdriet. Omdat ik alleen zal zijn in mijn kamer. Zoekend naar een uitweg van de pijn. Zoekend naar afleiding, zoekend naar liefde. Zoekend naar jouw arm die om me heen slaat als ik het koud heb. Zoekend naar de liefde die je voor me voelt. Ik zoek naar de dingen die ik niet zal kunnen vinden. Ik heb je nog steeds nodig.
Ik zou je achterna willen gaan, om bij je te kunnen zijn. Om te zien waar alles en iedereen heen vertrekt. Naar de plek waar iedereen is, zelfs als ze er nog steeds zijn. Je kunt erheen gaan in je dromen, maar dat is niet genoeg voor mij. Ik hoop dat mijn stem altijd bij jou zal blijven, dat mijn stem je lieve woordjes toefluisterd zodat je me niet hoeft te missen. Ik zou bij je zijn, in mijn gedachten. Ik zal vroeg naar bed gaan, zodat ik langer bij je ben. Ik zal lang gaan slapen. Dagen lang.
Ik zou je dingen toefluisteren. Ik zou je toefluisteren hoeveel ik je zal missen en omhelzen zal ik je altijd doen in mijn dromen. In mijn dromen is iedereen samen, samen aan tafel, of samen op en verjaardag. Opa, ik zal je de komende dagen laten zien hoeveel je wel niet voor me betekent, die dingen mag je niet missen. Die dingen moet je weten. Opa, ik zou graag willen dat je wet hoeveel ik van je houd..