Zelfs als de nachten over mij komen.
Mijn ogen lijken te sterven in het avondlicht.
Het aardse ook aan mij voorbij lijkt te gaan.
En het jeugdige in mij lijkt te zwichten voor de ouderdom.
Dan weet ik één ding in diepe zekerheid.
Dat zelfs na het breken van het licht in mijn ogen.
Ik in alle eeuwigheid het vertrouwen niet mag kwijt raken.
Ook niet als ik door de duisternis geen licht meer zie.
Al lijken de dagen zo donker als de zwaarste nacht.
En voel ik op mijn gezicht de tranen van diepe droevenis.
Van één ding in mijn leven kan ik zeker zijn.
De liefde draagt mij altijd weer terug naar het licht.