Wijn, Louis Couperus, Charles Burns
De glazen wijn zijn in mij gezonken. Ik zou naar bed moeten, want morgen piept de wekker mij weer vroeg wakker, maar de weemoed houdt me weg van het ledikant.
Ik kijk nooit meer tv, alleen de programma's die ik heb opgenomen. Vanavond was dat De IJzeren Eeuw, over Twente in de negentiende eeuw. En meteen daarna de documentaire van Bas Heijne over Louis Couperus. Voor de helft dan.
Ach, Couperus - een der zeer groten. De vreemdste dingen heb ik van hem gelezen. Van de roman De komedianten tot Intieme impressies; van zijn grote romans tot zijn journalistieke reportages over het begin van de Eerste Wereldoorlog. Hoe oud was ik? Negentien? Ik bleef een nacht op om Iskander uit te lezen.
Vandaag had ik een nieuwe leerlinge. Een in het zwart gekleed meisje dat gothic novels leest en naar de films van Tim Burton kijkt. Nederlandse literatuur vond ze maar niks; de Engelstalige was meer verfijnd. Vond ze. Maar Nooteboom kende ze bijvoorbeeld niet. Zal ik haar Couperus laten lezen? Zo'n roman als De stille kracht, waarin ongetwijfeld iets zwarts zit. Of zoals Heijne zegt: Niemand in die roman blijft ongeschonden.
Ik zal nog even kauwen op het idee. Nu moet ik maar naar bed gaan. Morgen is er weer een dag. Een paar lessen, een paar surveillance-uren en voor de rest werken aan teksten: een interview en teksten voor de site van mijn werkgever. Er zijn beroerdere klussen denkbaar. Terwijl ik puzzel op de teksten, luister ik naar oude popmuziek, zoals ik die nu ook hoor, achter mijn rug op de tv: 192 Tv. I stand by you, zingt iemand, maar ik weet niet meer wie ook alweer.
Ergens, vlak achter mijn oor, knaagt het nog. Eigenlijk had ik vanavond voor mijn weblog moeten schrijven. De recensie van een jeugdboek is zo goed als af. Alleen de slotalinea's moeten nog. Er wacht nog een boekje over jeugdboeken over de ramp in 1953 en dan vooral over de illustraties daarin. En ik moet nodig Suikerschedel (Burns) herlezen en dan ook maar meteen de twee eraan voorafgaande delen. Literair Nederland wacht al maanden op mijn recensie.
Maar daar ga ik nu niet aan denken. Ik schuif in de envelop van mijn bed, als een brief die door niemand gelezen hoeft te worden.
Pelgrim, man, 123 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende