Er is er ééntje waarvan ik nooit de datum zal vergeten.
Nooit..
14 januari 2008 om een uur of 8 's avonds.
Op deze dag voelde ik me zo ontzettend verrot. Een gevoel dat alle andere keren heel erg overtrof. Meer dan eens pakte ik het mesje, sloopte ik mijn huid, kraste ik door en door. Wanneer ik geen mesje in de buurt had, zocht ik wel wat anders wat hetzelfde op zou leveren; een verdovend lichamelijk effect waardoor ik de geestelijke pijn even weg kon stoppen en mocht doen alsof die niet aanwezig was.
De datum die ik dagelijks door mijn hoofd hoor knallen is een bijzondere. Er was een dieptepunt bereikt. Althans; zo voelde het voor mij. Ik had al die tijd gezwegen. Jarenlang, nog nooit wat los gelaten. Nooit laten blijken dat er wel degelijk wat mis is en dat ik tot binnen in beschadigd ben. Juist binnenin want van de buitenkant is niets te zien van hetgeen wat een ander mij aangedaan heeft. Ik ben degene die het op mijn huid heeft vertaald. Het meisje dat ik ben, heeft verschillende kanten. Een lachende en vrolijke meid zoals velen mij zien. Een verlegen en teruggetrokken tiener die haar ei kwijt kan bij bepaalde mensen. En ook zij die heel veel achterhoudt en het niet aan haar omgeving wil en kan laten merken uit bescherming voor zichzelf, haar broer, haar gezin en het ow zo mooie beeld dat buren en vrienden van ons gezin hebben.
Toch kwam er eens een eind aan deze bescherming en mocht ik leuk beamen wat er gaande was. Toen en nu. In de past & today. Het misbruik wat nu gestop was/is maar op een vervelende manier doorgaat. Dat de kleren nu aanblijven is tot daar aan toe, maar het intimiderende gedrag wordt er niet minder op.
14 januari 2008
De dag dat ik in woorden heb moeten zeggen dat er wel degelijk meer was dan ik tot toen verteld en beweerd had.
Veel hoefde ik niet te zeggen, in eens vielen de puzzelstukjes voor haar op hun plaats. Het schijnt haar werk te zijn en ik mocht en kon zeggen wat ik wilde; niets was raar. Praten moest ik, maar zwijgen was veel makkelijker. Ze wilde er voor me zijn en het was haar taak om dat te doen en naar me te luisteren. Niet heel veel later, een paar weken, smeet ze de woorden 'je moet er niet te zwaar aan tillen, zo erg is het niet' me om de oren en toen was het bij mij gebroken. Ze had het verpest. Ookal had ze het misschien niet helemaal zo bedoeld, begrijpen deed ze me niet.
14 januari 2008
De dag dat ik mijn arm opentrok. Een behoorlijk stuk. Nu al deels vervaagd maar dat het litteken er nog staat moge duidelijk zijn. Het ene litteken van toen. Degene waar nog regelmatig naar gevraagd wordt. Voornamelijk door mijn broer.. En dat de oorzaak bij mij niet bekend is, kunnen zij maar niet snappen. 'Je hebt toch niet zomaar een litteken op je arm?'
Nee niet zomaar nee, maar jíj bent degene die er voor gezorgd hebt dat het niet 'zomaar' een litteken is, maar eentje met een verhaal. Eéntje van de zovelen alleen heeft deze een benoemde oorzaak die voor mij duidelijk is en een ander nooit te weten zal komen; ik zal zwijgen als het graf naar mijn directe omgeving en dat heb jij mij geleerd. Geleerd te zwijgen om het op andere manieren te vertalen...
14 januari 2008
De dag waarop ik erover sprak en het als een zonde zag. De eerste keer dat ik de deur op een klein kiertje zetten en me er zo verschrikkelijk door voelde. Ik kon er niet mee omgaan en dacht dat ik weg moest, weg van hier omdat ik iets gedaan had wat écht niet kon en zeker niet mocht. Achteraf begrijp ik dat ik het nooit verkeerd gedaan heb; hij is degene die mij het omgekeerde heeft doen denken.
Vanaf dat moment heb ik veel door moeten maken. Voor die tijd schreef ik er nauwelijks over, omdat ik het moest vergeten, het verdrong en er echt niet aan mocht denken. Hoe meer je dat denkt en vindt, hoe erger alles wordt. Vanaf 14-01-2008 heb ik er heel verschillend over gedacht, maar uiteindelijk ben ik er uit; Ik ben niet verkeerd, ik kan het wel waard zijn als ik mijn best maar doe, ik moet dit verwerken en daarvoor gaan hoe moeilijk het ook is.
Dat het makkelijk is zal ik nooit zeggen. Zeker niet omdat ik er dagelijks mee geconfronteerd word. Het heeft me gemaakt tot wie ik ben. Zeggen en beweren dat ik daar trots op ben, kan ik niet want ik heb een behoorlijke deuk op gelopen, maar ook daar kan ik mijn kracht uit halen. Hoe meer ik overwin, hoe meer ik aankan, hoe meer ik aan dúrf; hoe sterker ik word.