Ode
Mijn lieve kleine slimme zusje van 13 die dit gedicht schrijft in verband met een verhaal wat zij zelf aan het schrijven is:
Ik droomde eens en zie ik liep over een pad van dorens
De Heer, hij stond mij bij, en waarschuwde mij alvorens
Ik en Hij, wij saam, mijn leven door zouden gaan
Als mieren, zij aan zij, zouden we aan de loop beginnen.
Het pad van dorens, de rozen stengel: er was pijn om te beginnen
Vol vrees zag ik mijn levensloop nu onder ogen,
Een pad vol leugens, wreedheid en pijn, geen spoortje mededogen.
Alle tijden, goed en kwaad, hield de Heer mij in Zijn hand
De twee mieren liepen verder, zij aan zij, zo hield ik stand.
Aan het eind van de loop, keek ik terug en werd ik gekweld door het geen
Ik één paar stappen zag, vlak voor de rozenknop, ik liep geheel alleen
Ik zei: ‘Maar Heer, waarom dan toch? U liet mij daar zo lopen.’
Hij keek mij aan, vol liefd’ zei hij: ‘Lief kind, daar was de kwelling afgelopen.’
Ode aan mijn zusje
Lonk, vrouw, 33 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende