De crisis komt van rechts
Markten zijn niet altijd rationeel, maar waarom zouden overheden dat vaker zijn?
Met een variatie op een uitspraak uit 2002 waarmee gesteld werd dat een bepaalde kogel van links zou zijn gekomen, meenden veel politici en commentatoren verheugd te kunnen concluderen dat de crisis van rechts kwam toen in 2008 de bankencrisis in alle hevigheid losbarste na de val van Lehman Brothers.
Ongebreidelde marktwerking had de wereld aan de rand van de financiële afgrond gebracht en het was slechts te danken aan nobele en kordaat handelende overheden dat we niet in een financieel armageddon waren ten onder gegaan. Hoogste tijd voor meer overheid en minder markt vonden en vinden velen.
Nu diverse overheden er al jaren een financiële janboel van blijken te maken en zodoende de wereldeconomie en eurozone met hun opgeblazen schulden dreigen te ontwrichten zou je verwachten dat de voorvechters van meer overheid zich weer wat bescheidener gaan opstellen maar dat lijkt niet het geval.
‘Het kapitalisme ging tijdens de kredietcrisis helemaal los’ aldus Job Cohen in de Volkskrant van 19 september 2011. Het kapitalisme zou daarmee een veroorzaker van de eurocrisis zijn. De PVDA frontman wordt in deze krant uiteraard niet kritisch aan de tand gevoeld hoe hij tot deze conclusie komt.
Natuurlijk, in sommige landen is de staatsschuld opgelopen door steun aan de banken maar in veel gevallen hebben de banken die steun al weer met een hoge rente en aflossingsboetes terugbetaald en hebben zo de staatskassen gespekt. Geen woord van Cohen over hoe de staatsschuld in de probleemlanden al jaren door wanbeleid van de overheid oploopt. Geen woord ook over hoe idealistische eurofiele politici ten koste van alles Griekenland in de eurozone wilden hebben. En uiteraard al helemaal geen woord over de mede door toedoen van de vakbonden totaal verkalkte arbeidsmarkten in de zuidelijke landen die de concurrentiekracht en economische groei daar ondermijnen.
Deze analyse maakt Cohen niet omdat het niet in zijn socialistische kraam te pas komt en daarmee toont hij een zich een gemakzuchtige populist die niet geschikt is om een bijdrage te leveren aan de oplossing van het probleem. De oorzaken liggen iets genuanceerder dan Cohen’s duiding van het is de schuld van de markt en het kapitalisme en daarmee uit.
Nu is het van politici van eender welke signatuur nog te begrijpen dat ze eenzijdige praatjes verkopen ten behoeve van het deelbelang dat ze vertegenwoordigen. Maar ook in academische kringen waar het zou moeten gaan om objectieve en feitelijke analyse is en blijft het populair om marktwerking in een kwaad daglicht te stellen en de loftrompet over meer overheid te doen schallen.
De gedragseconoom Dan Ariely bijvoorbeeld weet dat mensen niet altijd rationeel handelen. Aangezien rationaliteit ten grondslag ligt aan de theoretische fundamenten van de klassieke economie ten aanzien van de werking van markten concludeert hij dat markten dus ook niet altijd rationeel zijn.
Hierin heeft hij zeker gelijk. Zijn stelling dat de overheid daarom de niet altijd even rationele en soms zelf irrationele markten moet corrigeren is echter een vreemde en niet erg consequente. Want het zou moeten betekenen dat de overheidsdienaren die de correcties moeten uitvoeren of beleid en regels moeten formuleren over een rationaliteit beschikken die andere mensen dus vreemd is. Gelet op het functioneren van de ons omringende overheden is dat geen erg reële verwachting.
Talloos zijn de voorbeelden van overheidsmaatregelen en uitgaven in de publieke sector die improductief zijn of grote maatschappelijke schade veroorzaken met een oplopende staatsschuld als langdurige erfenis. Academici als Ariely lijken dus de ene vorm van irrationaliteit te willen vervangen door een andere. Dan maar liever de niet altijd rationele werking van de markt. Van tijd tot tijd optredende irrationaliteit wordt daar altijd door marktwerking (inderdaad ja) gecorrigeerd.
Een dergelijk zelfreinigend vermogen is bij overheden goeddeels afwezig, gevangen als zij zijn in een vicieuze cirkel van het moeten behartigen van een immer uitdijend aantal deelbelangen. Wat dat betreft had de 19e-eeuwse Franse Liberaal Frédéric Bastiat het al goed gezien met zijn constatering dat een overheid die de intentie heeft iedereen te verzorgen altijd in de financiële problemen zal raken.
De private sector heeft helaas te lang de uitbundig spenderende overheden gefinancierd en op irrationele wijze de risico’s genegeerd. Maar gelukkig wordt diezelfde overheden via de marktwerking in schuldtitels nu ondubbelzinnig gezegd dat het zo niet langer kan. Of de crisis nu van links of van rechts komt is uiteindelijk niet zo heel belangrijk. Goed begrijpen waar de oplossing in ieder geval niet vandaan komt is echter essentieel.
Frankevrij, man, 61 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende