de zee
In een bootje van zilveren parelmoer dobber ik de zonsondergang te gemoet
Boven mij strekt de machtige hemel zich mijlen ver uit
Azuur blauwe vissen met grote hoorns op het hoofd bewaken de poorten naar het onderwaterrijk
Waar een koning met zijn drietand van weleer rechtvaardig heerst
Zijn machtige vissenstaart doet golven ontstaan
Zijn ogen zijn als de oceaan rustig en kalm
Maar zijn toorn is als de furieuse wind die het water meters hoog doet gaan
Ik bevaar de de hemelse weg van een gelukzalig leven
De zilverblauwe vruchten van de zee schitteren in de diepe trochten van het rijk
Mijn zilvergoud gewaad schitterd in het gedepte licht van de zon, langzaam zakkend in de zee
leXy, vrouw, 34 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende