En wat dan wel
Ach, het is niet de eerste keer, en het zal ook de laatste niet zijn.
Ik voelde me de hele ochtend al miserabel, en om half 2 werd het teveel. Ik liep naar beneden en slikte een Perdolan. Met een deken over de grond schuivend liep ik naar boven, ik zette de radiator in mijn kamer aan (mijn ouders hadden het 3 jaar lang vertikt hem te repareren, nu was hij eindelijk gemaakt) en ging in mijn bed liggen. Daar lag ik een half uur, me constant omdraaiend om een pose te vinden waarin mijn buik geen pijn deed. Tevergeefs.
Na dat half uur voelde ik me pas echt ziek. Ik liep - correctie, strompelde - met mijn donsdeken naar de badkamer, maar halverwege ging het niet meer. Ik zeeg neer op de vloer. Ik heb geen idee hoe lang ik daar gelegen heb, maar het zal niet maar even geweest zijn, want toen ik eindelijk de kracht terug vond om op te staan, had ik het ijskoud. Ik voelde me iets minder misselijk dan daarvoor, dat wel. Net goed genoeg om mijn deken terug te brengen en naar beneden te lopen. Onderweg keek ik in de spiegel, en ik schrok van mezelf.
Beneden aangekomen ging ik in de zetel liggen. Mijn moeder kwam langs, en negeerde me totaal. Ze ging aan de laptop zitten. Even later passeerde mijn vader, die wel opmerkte hoe stil ik was. Ik antwoordde dat ik ziek was, en het enige wat ik mijn moeder hoorde zeggen was "ja, dat zal wel. Je hebt gewoon geen zin om te studeren." Ik vroeg me af of ik misschien over haar heen moest kotsen om te bewijzen dat ik wel degelijk ziek was.
En dan zeggen ze mij, dat het onmogelijk is je moeder te haten. Ze hebben ongelijk. Ze mag dan mijn moeder zijn, ze is een persoon zoals alle anderen. Een persoon, die ik kan haten.
Roveresu, vrouw, 31 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende