Voortschrijdend inzicht

Veertien jaar geleden was ik rond deze tijd klaar met afstuderen. Dat betekend dat ik vijftien jaar geleden zou beginnen met mijn onderzoek, in het MCH Westeinde ziekenhuis. Ineke was mijn begeleider, samen met een Klinisch Chemicus (KC) in opleiding waarvan ik de naam niet meer weet. Zij moesten een onderwerp voor me bedenken, maar de voornaamste uitvoering zou bij mij liggen. Natuurlijk met tips en begeleiding, en uiteraard was er een specifieke sturing over hoe het aangepakt moest worden. Een deel van het project was samen met een klasgenoot, omdat onze stageplekken een samenwerking hadden, maar de grootste invulling lag bij mijzelf. Er zijn dan ook twee verschillende onderzoeken uitgekomen. Zij was goed in wiskunde en had er allerlei berekeningen overheen gegooid. Ik op mijn manier ook, maar lang niet zo diepgaand als zij heeft weten te doen. Aannemelijk was haar onderzoek dan ook beter, maar gelukkig was mijn diploma niet afhankelijk van haar succes tegen het mijne. We zijn beiden geslaagd, maar zij zal ongetwijfeld een beter cijfer hebben gehad, en terecht ook. Ik weet nog dat we samen in de bibliotheek van het ziekenhuis literatuuronderzoek deden, waarbij de bibliothecaris op een gier leek, door zijn kalende hoofd, gebochelde rug en zeer prominente adamsappel, waardoor het eruit zag alsof zijn nek langer was dan deze werkelijk was.

Het MBO laboratoriumkunde (Ook wel Middelbaar Laboratorium Onderwijs of MLO genoemd) was voor mijn gevoel altijd al een pittige opleiding. Helemaal wanneer ik verhalen hoorde van vrienden die ook MBO deden en het zonder moeite wisten te doorlopen. Op de middelbare school heb ik altijd onder niveau gezeten en ben ik zonder leren mijn examens doorgevlogen. Op het MBO kwam ik er ineens achter dat ik jaren lang wiskunde verwaarloost had en überhaupt niet wist hoe ik actief moest leren. Eigenlijk heb ik daar voornamelijk in het HBO pas echt moeite voor gedaan om daar een discipline in te krijgen, maar dat is niet waar ik dit verhaal naar toe wilde sturen.

Een van de dingen waarin ik verschil zag tussen andere MBO opleidingen, was het afstuderen zelf. Ik moest een onderzoek doen en een scriptie schrijven daarover. Hoewel de regels mogelijk coulanter zijn geweest, was het wel een full-blown officieel iets, en werd er flink gehamerd op de officiële regels. In mijn gevoel was dit HBO materiaal. Waarom niet gewoon een toets maken en klaar zijn?
Achteraf gezien snap ik de mentaliteit van de school. Onderzoek kunnen uitvoeren is nou eenmaal essentieel in een vak dat letterlijk over onderzoek en constante ontwikkeling gaat. Een scriptie hoort daarbij en al gebruik je het nooit meer in de rest van je leven, het geeft je een specifieke manier van nadenken en nieuwsgierig zijn (die ik in mijn privéleven heb verwaarloost trouwens).



Het onderzoek van toen ging over de houdbaarheid van bloedmonsters. Toen al was er de illusie dat de zorg zo grootschalig moest worden uitgevoerd omdat dit goedkoper zou zijn. In plaats van kleinere laboratoria, moest er een groot laboratorium komen waar alle monsters naar toe zouden moeten worden gestuurd. Want marktwerking in de zorg is een goede ontwikkeling, daar wordt alles goedkoper en beter van, loog de overheid toen al. Een recent incident met een grootschalige aanbieder liet echter wat anders zien, en mijn persoonlijke ervaringen bij een concurrent waren niet veel beter. Zorgmedewerkers blijken niet de beste bedrijfsleiders, en bedrijven blijken geen zorg te hebben. Wie had dat nou verwacht?

Maar ik dwaal af.

Als al het materiaal verzonden moest worden naar een centrale plek, was het de vraag hoe lang monsters houdbaar zouden zijn zonder voorbewerking. Dus ik moest precies weten wanneer materiaal was afgenomen, het x aantal uur laten liggen zonder mengen/centrifugeren of additieven, het vervolgens verwerken alsof het nieuw materiaal was, en dan naar de verloop kijken. Omdat dit met patiëntmateriaal niet te doen was (verschillende afnametijden en voorbewerkingen) besloot ik mijn collega's te vragen te doneren. De wil om te helpen binnen het laboratorium is me altijd bijgebleven. Evenals de prioriteit die mijn onderzoek niet altijd kreeg. Voor mij hing er een diploma van af, dus ik was heel gemotiveerd. Mijn collega's zagen het soms een onderbreking van de routine, en patiënten monsters (die soms best dertig minuten konden wachten leerde ik later) gingen voor. Maar dat was collega afhankelijk, niet proces gebonden.

De hypothese van het onderzoek was dat rode bloedcellen (erytrocyten) kapot zouden gaan in het buisje, en daarmee hun inhoud zouden lekken in de totale suspensie. Wanneer materiaal dan gecentrifugeerd zou worden, zou dit voor vals verhoogde waarden kunnen zorgen. Destijds heb ik voor alle routinebepalingen meerdere metingen over verschillende tijden gedaan, maar bijvoorbeeld nooit gekeken naar statistische significantie, of rekening gehouden met analytische/biologische variatie. Goed, dat zijn inzichten die ik later heb verkregen dus dat kan ik mezelf niet eens kwalijk nemen. Ik moet ook niet vergeten dat het een MBO onderzoek was. Er waren in elk geval een aantal (verwachtte) afwijkingen gevonden van het 0-uur materiaal.

Een van de verwachtingen echter, was dat de kalium omhoog zou gaan. Kalium is in kleine hoeveelheden in het bloedplasma te vinden, maar bevind zich vooral in de erytrocyt. Wanneer deze kapot gaat bij lang bewaren of in slechte condities bewaren, komt deze kalium in het bloedplasma, waar het in theorie voor een valse verhoging zou kunnen zorgen. In mijn onderzoek echter, vond ik dat de kalium juist omlaag ging. Ik kan me herinneren dat niemand begreep waarom dit was, en ik heb dit genoemd in mijn eindpresentatie als interessant, op dat moment niet te verklaren, punt.

Veertien jaar gingen voorbij. Mijn carrière en werkgevers veranderde meerdere malen, ik ontwikkelde mijzelf verder op professioneel vlak (waar ik weer in privésferen achterbleef wat dit betreft) en de kaliumvraag verdween naar de achtergrond. Wat wel in mijn hoofd bleef zitten, was de spellingsfout op het titelblad van mijn onderzoek (Vol bloed in plaats van Volbloed). Tot ik het verslag een aantal jaar geleden in de kelder tegenkwam, en bleek dat dit een valse herinnering was, en de spelling gewoon klopte.

Hoewel ik inmiddels wat anders doe, zie ik mezelf nog steeds als klinisch chemisch analist die nu toevallig in de pharma werkt. De liefde voor het vak is nog niet bekoeld maar wel voor de bedrijfskunde die er achter zit. Hoewel ik uit het ziekenhuis ben, zie ik mezelf terugkeren wanneer alles weer kleinschaliger wordt en we terug gaan naar "persoonlijke zorg met korte, sterke lijnen" zoals ik me voorstel dat de overheid het dan verkoopt. Ik ben nog steeds heel erg geïnteresseerd in het menselijk lichaam en diagnostiek, dus ik luister voor de lol medische podcasts, bedoeld voor artsen in opleiding. Het onderwerp was dit keer hypokaliaemie, waarin de oorzaken, gevolgen en behandeling werd besproken. En natuurlijk wist ik van de natriumkalium pomp, 3 natrium uit de cel, 2 kalium in de cel met hulp van ATP (energie).

Ik wist van de noodzaak tot het hebben van een hoog kalium in de cel, maar ik had er nooit over nagedacht dat dit proces door zou gaan buiten het lichaam, in een buisje bloed. Dus zelfs als 20% van de erytrocyten afsterft en kapot gaat, is de rest zo gemotiveerd om het kalium in de suspensie op te nemen, dat dit tot verlaging van de kaliumwaarde zal leiden. Het is in die zin kiezen tussen twee kwade: koelen kan mogelijk leiden tot het vertragen of stilleggen van de natriumkaliumpomp, maar als er evenveel cellen kapot zouden gaan, zou dit juist tot verhoging van de kaliumconcentratie leiden, waar niet koelen tot verlaging leidt.

Ik denk niet dat iemand nog aan dat onderzoek terugdenkt, maar toen ik het me realiseerde, wilde ik het graag aan de mensen van toen vertellen. Tot het als een baksteen binnen kwam dat ik niemand meer spreek van toen, of iemand die überhaupt tot detail zou begrijpen waar ik het over heb.


-VLH
05 aug 2024 - bewerkt op 05 aug 2024 - meld ongepast verhaal
Weet je zeker dat je dit verhaal wilt rapporteren? Ja | Nee
Profielfoto van VLH
VLH, man, 34 jaar
   
Log in om een reactie te plaatsen.   vorige volgende