Daar zit ik dan al weer. Normaal ben ik wat terug houdend met het schrijven van blogs achter elkaar. Maar vandaag breekt die gewoonte even. Die reacties die ik op mijn vorige blog had gekregen waren erg positief en dat verklaard dan ook deze terugkomst grotendeels. Ook wil ik via deze manier bedanken voor de vele privéberichten die ik heb mogen ontvangen. En ik zal vanavond op diegene reageren waar ik nog niets op terug gestuurd heb. Maar alvast via deze manier bedankt.
Zo daar lagen we dan. Onze hoofden lagen tegen elkaar. Samen onder de sterrenhemel bij de maas. Het water sloeg tegen de dijk aan en af en toe kwam er een boot voorbij. De auto’s die over de brug reden hoorden wij niet. We hadden alleen oog voor de sterren… de nacht… de fles wodkaa…..We kijken elkaar diep in de ogen, bewegen onze hoofde naar elkaar toe… En we slaken het uit van het lachen. We ploffen al lachend naast elkaar in het zand en ik neem nog een slok van de fles wodka.
“ Stel je toch voor Lo.. ” en Thomas neemt ondertussen fles Wodka aan die ik hem toe reek en neemt een slok. “Ik dacht even dat ik je ging bekeren tot het vrouwenrijk Thomas..” en hij proest het uit van het lachen.
Homo Thomas. Een jongen die eens in de zo veel tijd mijn leven in vliegt en er weer even mysterieus uit vliegt. Maar dat is geaccepteerd. Homo Thomas is zo vrij als een vogel en niemand weet waar hij is, en als je het mij vraagt weet hij dat zelf ook vaak niet. Homo Thomas doet alles wat God (mocht hij bestaan) verboden heeft, en dat doet hij vaak. Maar ook dat is geaccepteerd.
Ik ga recht op zitten en kijk naar het water. Homo Thomas komt ook recht op zitten en speelt ondertussen druk met zijn tongpiercing. Ik kijk er naar. “Ik wil er ook eentje..” en ik neem de fles Wodka over en zet hem aan mijn lippen. “Nou dan gaan we dat morgen toch doen” . Ik proest alles uit en kijk hem verbaast aan. “Kan dat zo maar…?”
En de volgende ochtend staan we bij een piercingshop. Ik kijk wat angstig door het raam en bedenk me de meest slechte horrorscenario’s in en vraag me af hoe ik mezelf kan redden met een verlamde tong. Homo Thomas duwt me door de deur en voor dat ik het weet heb ik een formulier ingevuld en zit op een soort bank en heeft er net een man een puntje op mijn tong gezet voor de plek van de piercing. Homo Thomas staat al glimlachend in de deuropening van het kamertje. De piercer commandeert mij om mijn tong uit te steken en ik volg maar braaf. Ik krijg nog een bakje in mijn handen geduwd voor als ik kwijl. En ik kijk Thomas verschrikt aan. Hij knikt en ik draai mijn hoofd weer richting de piercer er zijn tang. Ik sluit mijn ogen en hoor hem aftellen 3…..2…..1….
En ik hoor een harde knal. Ik open mijn ogen en zie Homo Thomas lang uit op de grond liggen. De piercer friemelt snel mijn een piercing door mijn tong en loopt snel naar Homo Thomas die nog steeds op de grond ligt. Ik loop er ook heen, maar het hou het kwijlbakje nog maar even vast. Op dat moment komt hij weer bij en lacht mij enorm hard uit. Ik heb hem omhoog “Zit die er in? Laat eens zien Lo”. “Echt niet Thomas, dadelijk val je weer flauw” zeg ik met een nu al dikke tong.
En dat Dames en Heren is het verhaal achter mijn tongpiercing.