#Hoofdstuk 1. Deel 2.
Het was midden in de nacht. Buiten gierde de wind nog steeds. De takken van de bomen zwiepten heen en weer op het ritme van de wind. Mevrouw Madison Johnson sliep rustig tot ze ineens een heel akelig en hard geluid hoorde. Ze schrok wakker en deed het licht aan. Terwijl ze overeind ging zitten porde ze haar man, Meneer Lewis Johnson in zijn zij. "Lewie!'' fluisterde ze zachtjes. Er kwam geen reactie. ''Lewie!'' zei ze nog een keer dit keer wat harder. Met een zucht draaide Meneer Lewis zich om en opende vermoeid zijn ogen. ''Wat is er?'' Vroeg hij slaperig. ''Heb je het dan niet gehoord? Dat akelige geluid? Volgens mij is er iemand onder!'' zei ze. ''Schat, er is niks onder je hebt het vast gedroomd, ga nou maar weer slapen.'' zei Meneer Lewis sussend. ''Lewis Johnson! Ik hoorde echt wat en ik wil dat je nu gaat kijken.'' zei Mevrouw Madison nijdig. Zuchtend gooide Meneer Lewis de dekens van zich af en stond op. Het had toch geen zin om tegen zijn vrouw in te gaan. Hij pakte zijn kamerjas en zijn sloffen en liep versufd richting de deur. ''Ik zal wel even kijken.'' zei hij. Hij deed het licht aan in de gang en Mevrouw Madison hoorde hem de trap aflopen. Eerst hoorde ze niets meer en ze begon een beetje bang te worden. ''Lewie?'' riep ze zachjes. Het duurde even, maar toen hoorde ze Meneer Lewis schelden en mopperen. Ze hoorde hem weer de trap op lopen met veel gezucht en gekreun. "wat is er?'' vroeg Mevrouw Madison toen haar man weer binnenkwam. ''Er was inderdaad iemand binnen! Ze hebben niks gestolen voor zover ik weet, maar de woonkamer ligt overhoop!''. antwoorde hij. Hij deed zijn kamerjas en zijn sloffen uit en stapte weer in bed. "Ik zag ook een schaduw toen ik in de gang was, waarschijnlijk van eem man.'' "Waarom ging je hem dan niet achterna?" vroeg Mevrouw Johnson verbaasd en een beetje boos. Er zat een indringer in ons huis en jij ziet hem en dan ga je niet eens achter hem aan?!'' "Schat, hij was al weg toen ik er was. Ik zag hem maar heel even. In het donker heeft het toch geen zin om achter iemand aan te gaan." antwoorde Meneer Johnson. Daarmee leek alles gezegd en met nog wat gemopper na ging Mevrouw Johnson weer terug slapen. Ze wist dat hij gelijk had, het was gekkenwerk om in het midden van de nacht achter een indringer aan te rennen.
De volgende morgen was Charlot bij de bakker waar ook bijna de rest van de vrouwen van het dorp s'morgens kwam. Dan kletsten ze wat bij over wat er de dag van te voren gebeurd was. Charlot hoorde het verhaal van Mevrouw Madison aan over die avond dat er was ingebroken. Mevrouw Madison vertelde vol spanning aan Charlot en aan een paar andere vrouwen uit het dorp onder wie, Mervouw Ruby Tedaline en Shane austen die allebei best goed bevriend waren met Charlot. "En toen kwam mijn man de trap opstormen en vertelde mij dat er inderdaad ingebroken was!" zei Mevrouw Madison. Charlot luisterde gespannen, al wist ze best dat Mevrouw Madison een beetje overdreef hier en daar. Mervrouw Madison hield van roddels en als ze niet sappig en spannend genoeg waren, maakte zij ze dat wel. Charlot mocht haar wel, ze kon goed vertellen en de vrouwen uit het dorp luisteren altijd vol spanning naar haar. Uiteindelijk toen Mevrouw Madison klaar was vertrok Charlot met vers warm brood en wat gebakjes naar Jane. Ze was van plan gezellig bij haar langs te gaan en haar te vertellen over wat ze had gehoord bij de bakker. Terwijl ze op weg was en om zich heen keek, naar de mooie natuur en de mooie ouderwetse huizen zag ze ineens iets tussen de bomen. Heel even maar en toen verdween het snel tussen de bomen. Charlot schrok en kwam dichterbij om te zien wat het geweest was, maar het was al te ver weg om het nog goed te kunnen zien. Ze snelde zich naar Jane om het haar te vertellen. Eenmaal daar drukte ze de bel in. Het duurde even voordat Jane opendeed.
TheWriter
TheWriter, vrouw, 33 jaar
Schrijver staat geen reacties toe.
vorige
volgende