Vervolg myDifeuilleton Mammon & Co. Re: 7 aug. '04

OMGEKEERD
gaat Yeshu bijzonder fel tekeer tegen het geld
dat hij verpersoonlijkt 'de Mammon' noemt.
"Niemand kan twee heren dienen.
Je kunt niet G*D dienen en de Mammon"
Luc 16:13.

~

De relatie tot
de levende G*D raakt volgens hem volkomen in het gedrang als je het geld als macht over je leven laat
zegevieren.

~~

Rijkdom
en vele bezittingen vormen in zijn ogen een zeer serieuze handicap om het koninkrijk
binnen te
gaan.

~~~

"Voor
een kameel
is het makkelijker om door het 'Oog van de Naald' te gaan,
dan voor een rijke om het rijkG*Ds binnen te komen!"
Hij vindt de beelden moeiteloos in het dagelijks leven en ontmaskert geregeld het blinde verlangen naar steeds meer
in dienst van het zelf, terwijl men het wezenlijkste,
'je eigen ziel, je eigen leven, en je relatie tot G*D',
uit het oog verliest ...
{zie Luc 12:16-21} ...

~~~~

Lucas
zal een hele filosofie over 'rijk & arm' uit de bewaarde spreukendoos
en parabels van Yeshu distilleren:
de rijke komt in de buurt van degene die zichzelf zodanig veiligstelt
dat hij,
zichzelf in alles rechtvaardigend, voor geen enkel ander heil nog ontvankelijk wordt, en dus ook het leed van de armen
die aan zijn deur kloppen
verontachtzaamt,
tot zijn eigen
veroordeling.

~~~~~

Zie
hoofdstuk 16 van Lucas met twee grote parabels:
een over het goede gebruk van geld
{'zich vrienden maken uit de onrechtvaardige mammon',
namelijk door o.a. aalmoezen te geven},
en een over het slechte gebruik ervan met alle gevolgen van dien
{zoals blijkt uit het geval van de gefolterde rijke
in de onderwereld}.

~~~~~~

Vergelijk ook
het viermaal 'wee' {vervloekt/damned
in tegenstelling tot zalig, rijk gezegend}
tot de rijke/trotse/oppervlakkige/saaie conformisten,
naast de vier zaligsprekingen, te beginnen met die van de armen
{6:20-25}.

~~~~~~~

De associatie
van rijkdom en zelfrechtvaardiging vinden we in:
16:14-15; zie verder: 18:9-14, waar Farizeeer en tollenaar in gebed tegenover elkaar staan,
terwijl alleen de laatste 'gerechtvaardigd'
naar huis
ging.

~~~~~~~~

Zijn eigen leven is arm,
en zijn gebed is vertrouwvol transparant naar die goddelijke bron toe,
de hemelse
Vader.

~~~~~~~~~

Het woord
"LEER VAN MIJ:
ik ben zachtmoedig en nederig van hart',
is misschien wel een doordenken van Yeshu's zelfverstaan
door de evangelist Mattai,
maar beantwoordt ontegenzeggelijk ook
aan de geheime binnekant van Yeshu:
een nederigheid die vertrouwen, kracht en zachtheid uitstraalt,
naar G*D toe en naar elk leed
onder de zon.

~~~~~~~~~~

Onder die armen
en kleinen waren er de kinderen,
zij waren toen maatschappelijk niet in tel,
en ook de leerlingen vonden het ongepast
dat ze bij Yeshu zouden
komen.

~~~~~~~~~~~

Maar
meer dan eens zien we hem
die beschermende mantel
van serieuze, streberige discipelen
van zich afschudden,
het kind in het midden plaatsen,
het omarmen en het merkwaardig genoeg
tot voorbeeld stellen van ontvankelijkheid en zo
eenvoud aanprijzen.

~~~~~~~~~~~~

In een van zijn parabels
vereenzelvigt hij zich zelfs met kinderen
die op de markt muziek spelen.
Hij ziet zich als een jongen die op de fluit speelt
en pijnlijk vaststelt dat niemand
wil dansen ...

~~~~~~~~~~~~~

Hoeveel
waardering
zit er niet in zijn blik
op spelende kinderen
dat hij zijn toehoorders zo'n verhaal
als spiegel kan
aanreiken?

~~~~~~~~~~~~~~

Tijdens
zijn verborgen leven zal Yeshu meer dan eens
dergelijke taferelen contemplatief geschouwd en
hoogst persoonlijk positief
verinnerlijkt hebben.

~~~~~~~~~~~~~~~