Vreemdgaan: deel 3?
Donderdag 8 december 2005
Vandaag om 10.00 uur heb ik een koffiedate met Karin. Nu vraag je je wellicht af hoe ik dat thuis ga verantwoorden. Maar het is alsof de duivel ermee speelt, alles werkt mee: mijn werk zorgt ervoor dat ik soms op een andere locatie moet zijn. En als ik daar dan ben staat m’n 06 standaard uit, omdat mijn werkzaamheden het dan niet toelaten dat ik gestoord mag/kan worden. Ik zeg dus thuis dat ik daar vanochtend ook moet zijn. Toevalligerwijs moet mijn vrouw vandaag ook weg en zal niet eerder dan een uur of drie thuis zijn.
Ik breng zoals gewoonlijk eerst de kinderen naar school. Zo rond 08.30 uur sta ik weer buiten en heb dus nog anderhalf uur voor mijn rendez-vous. Ik besluit om eerst maar eens naar huis te gaan om even rustig te zitten. En terwijl ik naar huis fiets dienen de eerste gedachten zich aan. Zou je dit wel doen? Ga je niet te ver? Wat denk je hiermee te bereiken? Waarom doe je dit? Waarom …?? Zoveel vragen schieten door m’n hoofd. En zelfs de commentaren van jullie spelen een grotere rol dan dat ik voor mogelijk had gehouden. Ik besluit om thuis eerst maar eens lekker uitgezakt m’n gedachten te ordenen.
Thuisgekomen voel ik me misdadig. Ik heb voor mijn gevoel een misdaad tot in de puntjes voorbereid. Alles is afgedekt. Ik heb een alibi, mijn modus operandi (=werkwijze) is niet te achterhalen en het belangrijkste is: de wil is er om dit door te zetten. Ik snap nu mezelf niet. Hebben al die lezers dan geen gelijk? De twijfel slaat toe en besluit bijna om straks een einde te maken aan deze hele affaire. Ik zal straks wel zien en pak m’n fiets. Ik ben zo in gedachten dat ik niet eens het hek in het slot hoor vallen.
Zoals jullie weten woont Karin niet ver bij mij vandaan. Met de fiets is het slechts een minuut of twee. Ik sta dan ook als snel voor haar deur.
Dan sta je daar. Het ziet er ineens heel anders uit bij daglicht. Mijn rechterwijsvinger gaat als in slow-motion naar de deurbel en op het moment dat deze klinkt voel ik de drang om weg te vluchten. Op de fiets te stappen, de straat uit te fietsen en niet meer achterom kijken. Met een schok kom ik terug op de wereld. De deur zwaait open en daar staat ze: Karin! ‘Goedemorgen’ zegt ze en doet een stap opzij, zodat ik me bij haar in het kleine halletje kan voegen. De deur slaat achter me met een zachte klik in het slot. “Dus zo voelt een wespennest” schiet het door m’n hoofd. Ik krijg weer die goddelijke glimlach te zien en voor ik het weet heb ik een zoen te pakken. ‘Fijn dat je d’r bent. De koffie is klaar. Kom verder.’ Als in een trance volg ik haar.
De kamer is dezelfde, ditmaal met daglicht. Ik neem plaats op de bank tegenover haar en we drinken koffie. Het is gezellig. Nee echt! Het is echt gezellig. We praten honderduit over het werk, de collega’s, de kinderen, vakantie, alles. Ik besef me nu dat ik me heerlijk ontspannen voel bij haar. Kan lekker mezelf zijn en zo kletsen we drie kwartier vol. Plotseling valt er een stilte en we kijken elkaar aan. We weten beiden waarvoor we hier zijn. We weten beiden dat dit ‘slechts’ een inleiding was voor iets ‘groters’. Ik breek het ijs door te zeggen dat ik me nu wel erg puberaal voel. Ze moet lachen zoals alleen zij kan lachen en geeft toe dat ook zij behoorlijk nerveus is. Het eerste wat door me heen schiet is: ‘Ik kan nu nog terug’. Maar de ratio ten spijt verwijs ik deze gedachte naar de prullenbak. Ik bied aan nog een kopje voor ons beide in de schenken en begeef me naar de keuken. Terwijl ik de koffie inschenk voel ik dat ze achter me staat. Ik draai me om en geef haar haar koffie. We kletsen wat over onbenulligheden en staan dan naast elkaar uit het keukenraam te kijken. Als op commando draaien we allebei ons hoofd als door een elektromagneet aangetrokken vinden onze lippen elkaar in een hartstochtelijke kus. Wat moet ik nog meer zeggen. Ik kan hier lang en breed over uitweiden, maar uiteindelijk komt het erop neer dat datgene is gebeurd wat niet door de beugel kan.
Terwijl we naakt op het bed nagenieten van elkaars lijf en haar nagels zich over mijn borstkast bewegen kijk ik naar haar gesloten ogen in haar perfecte gezicht. Alsof ze het voelt slaat ze haar ogen open en kijkt me vragend aan. ‘Word alsjeblieft niet verliefd’ vraag ik haar. Ze glimlacht en zegt dat ze het zal proberen. Ik weet dat het geen garantie is, maar ik had de woorden even nodig. We knuffelen zo nog een tijdje totdat ik aangeef dat het tijd is. We kleden onszelf en elkaar aan en begeven ons naar beneden. Gezien het tijdstip wordt het tijd om afscheid te nemen. Zwijgend weten we het allebei. Ik geef haar een zoen, wens haar veel plezier op het werk (ze heeft nl avonddienst) en stap de deur uit. Als ik omkijk zie ik haar leunend tegen de deurpost me glimlachend uitzwaaien. Dat beeld is goud waard!
Ik schrijf dit terwijl ik hard aan het werk zou moeten zijn. Jawel, ik heb vandaag een avonddienst. Toen ik vanmiddag begon heb ik eerst haar mailtje gelezen. Ze vroeg of ik nog een leuke dag had gehad en en passant vertelde ze me dat ze maandag vrij is. Of ik dan ook vrij ben. Dat is niet het geval.
Ik had natuurlijk al de hele dag de tijd om na te denken over wat er allemaal gebeurd is. Ik kom nu steeds meer tot bezinning. Dat met Karin is fijn, sensueel, spannend, nieuw, stout en nog meer van dat, maar ik besef met steeds meer dat ik ga kiezen voor mijn gezin. Karin is een schat, ze verdient een goede vent en die vent ben ik niet! Ik heb haar gemaild dat ik volgende week met haar koffie wil drinken. Wellicht ben ik er dan uit wat ik ga doen.
Word vervolgd?
foxxer, man, 61 jaar
Log in om een reactie te plaatsen.
vorige
volgende