Ik denk dat ik nog nooit zo boos geweest ben als vandaag. Me handen begonnen te trillen, me lichaam voelde alsof het in brand stond, ik kon me tranen niet inhouden, alles omdat ik zo fucking boos was. Van woede begon ik gewoon te huilen. Ik heb haar geslagen. Ik kon mezelf niet beheersen. Haar voorhoofd lag helemaal open, tand door haar lip en een pluk haar in mijn handen. Als ik niet zo high was had ik dit niet gedaan. Ik weet niet wat me bezielde. Ik geloof niet in geweld. Ik heb nog nooit gevochten. Ik ben niet iemand die ruzies opzoekt, iemand die andere mensen zo erg toetakeld. Ze heeft een ernstige hersenschudding. Het bloed zit nog steeds op me kleren. De krassen op me arm laten me vandaag maar niet vergeten. Ik heb pijn in me buik. Ik heb hoofdpijn. Ik brandt nog steeds. Ik zou willen schreeuwen, ik zou iets kapot willen slaan, maar ik kan mezelf niet eens meer normaal laten denken. Ik vind dat ze het verdiend heeft. Ik ben te ver gegaan. Veels te ver. Maar ze heeft het verdient. Ik weet niet waarom maar ik voel me schuldig tegenover mezelf. Ik heb mezelf vandaag nog dieper teleurgesteld dan ooit. Ik ben op zoek naar me pillen. Kan niks vinden. Het voelt alsof ik niet meer mezelf ben. Het voelt alsof alles uit me handen gilpt. Ik heb alles wat ik altijd al wou. Ik heb geld. Ik kan vrijwel alles kopen wat ik ooit zou graag wou. Ik kan doen wat ik wil, met wie ik wil en waar ik wil, maar het enige waar ik zo naar terug verlang is mezelf. Me handen trillen nog steeds, ik kan nauwelijk meer typen. Ik voel me hart in me hoofd kloppen. Bonken. Ik voel me zwak. Ik voel me zo zwak. Weer ben ik helemaal alleen. Op de een of andere manier lijkt me uiterlijk mensen aan te trekken maar me innerlijk iedereen af te stoten. Het voelt alsof iedereen me gebruikt. Ik voel me zo fucking leeg. Zo fucking alleen. Ik heb gewoon niemand meer. De stemmen in me hoofd schreeuwen SPRING maar me hart zegt dat ik moet vechten. Het is makkelijk om op te geven, makkelijker dan omgaan met de pijn. Als ik in de spiegel kijk is het alsof iemand me aanstaard. Iemand die ik denk te kennen, iemand die ik ooit kende. Het voelt alsof alles voor niets is geweest, alsof ik mijn leven leef om het maar te leven. Ik mis zijn stem. Ik mis hem zo erg. Ik heb tranen in me ogen. Het voelt alsof ik niet meer kan. Ik hoor zijn stem in me hoofd, hij lacht, hij lacht. Ik zou al het geld in de wereld opgeven om hem naast me te horen lachen. Ik zou alle pillen, coke, wiet, drank alles opgeven voor hem. Ik zou mezelf opgeven. Ik wou dat ik iets kon doen, dat ik mezelf kon helpen, ik wou dat alles werd zoals het 3 jaar geleden was. Ik wou dat ik meer dan pijn voelen kon. Ik wou dat hij terug zou komen, ik zou mezelf weer vinden met hem naast me. Ik zou alles kunnen doen waar ik nu te bang voor ben. Ik zou geen pillen nodig meer hebben. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik weet het gewoon niet. Ken je dat gevoel? Het gevoel alsof je niets meer hebt, alsof alles waar je voor leefde dood is en jij de enige bent die je nog hebt. Ik voel me zo fucking alleen.